Nadelige effecten van een afwijkend screeningsmammogram op kwaliteit van leven en angstbeleving*

Onderzoek
Claudia M.G. Keyzer-Dekker
Jolanda de Vries
Jan A. Roukema
Alida F.W. van der Steeg
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A3605
Abstract

Toets voor nascholing (verlopen)

Aan dit leerartikel was een toets gekoppeld waarmee je nascholingspunten kon verdienen.

Bekijk de toets

Samenvatting

Doel

Analyse van de nadelige psychosociale gevolgen van het bevolkingsonderzoek naar borstkanker, met name de effecten van een fout-positief screeningsmammogram op angstbeleving en kwaliteit van leven.

Opzet

Prospectieve, longitudinale cohortstudie.

Methoden

In september 2002-december 2006 werden 385 vrouwen met een afwijkend screeningsmammogram geïncludeerd. Van hen hadden 152 borstkanker (BK) en 233 een fout-positief screeningsmammogram (FP). Vragenlijsten betreffende angst (‘State and trait anxiety inventory’) en kwaliteit van leven (‘World Health Organization quality of life assessment instrument 100’) werden ingevuld voordat de diagnose bekend was en gedurende de follow-up na 1, 3, 6 en 12 maanden.

Resultaten

In de FP-groep waren de vrouwen jonger (57 versus 60 jaar; p < 0,001) en bij hen werd vaker een biopsie voor histologisch onderzoek verricht (p < 0,001). De karaktertrek ‘angst’ was sterk geassocieerd met de kwaliteit van leven (KvL). Vrouwen in de FP-groep met de karaktertrek ‘angst’ hadden de laagste score voor KvL op alle meetmomenten (p < 0,001). Deze groep vrouwen scoorden ook meer angstbeleving dan vrouwen in de FP-groep zonder de karaktertrek ‘angst’ en dan de vrouwen in de BK-groep (p < 0,001) met een lage score op de karaktertrek ‘angst’.

Conclusie

Vrouwen hadden na een fout-positief screeningsmammogram een slechtere KvL en meer angst, met name vrouwen met de karaktertrek ‘angst’. Het is daarom belangrijk vrouwen beter voor te lichten over de mogelijke nadelige psychologische effecten van het bevolkingsonderzoek, zodat zij beter geïnformeerd kunnen beslissen om er al dan niet aan deel te nemen.

Auteursinformatie

*Dit onderzoek werd eerder gepubliceerd in British Journal of Surgery (2011:98:537-42) met als titel ‘Effect of abnormal screening mammogram on quality of life’. Afgedrukt met toestemming.

Medisch Centrum Alkmaar, afd. Heelkunde, Alkmaar.

Drs. C.M.G. Keyzer-Dekker, chirurg.

St. Elisabeth Ziekenhuis, Tilburg.

Afd. Medische Psychologie: prof.dr. J de Vries (tevens: Center of Research on Psychology in Somatic Disease (CoRPS), Tilburg Universiteit, Tilburg), medisch psycholoog.

Afd. Heelkunde: prof.dr. J.A. Roukema (tevens: CoRPS, Tilburg Universiteit, Tilburg), chirurg.

Dr. A.F.W. van der Steeg (tevens: CoRPS, Tilburg Universiteit, Tilburg; thans: Kinderchirurgisch Centrum Amsterdam, VU Medisch Centrum en Emma Kinderziekenhuis AMC, Amsterdam), kinderchirurg.

Contact dr. A.F.W. van der Steeg, (a.f.vandersteeg@amc.uva.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.
Aanvaard op 11 mei 2011

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

CMG
Keyzer-Dekker

Wij zouden het toejuichen als alle professionals in hun voorlichting betreffende borstkankerscreening zo genuanceerd zouden communiceren als u in uw reactie voorstelt.

 

CMG Keyzer-Dekker, namens alle auteurs