Vaatverwijdende geneesmiddelen bij hypertensie en decompensatio cordis

P.W. de Leeuw
W.H. Birkenhäger
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1986;130:150-3

Inleiding

Strikt genomen zou men alle farmaca die een daling van de vaatweerstand kunnen bewerkstelligen, vasodilatantia oftewel vaatverwijders kunnen noemen. Aangezien evenwel vrijwel alle antihypertensiva (inclusief diuretica en ?-receptor blokkerende stoffen op de lange duur in meer of mindere mate de vaatweerstand doen verminderen, is een dergelijke definitie weinig zinvol. In de praktijk reserveert men deze term dan ook voor die middelen die een directe invloed hebben op het contractiemechanisme van de gladde-spiercellen. Dergelijke stoffen worden dan ook directe vaatverwijders genoemd. Daarnaast onderscheidt men de zogenaamde indirecte vaatverwijders, die hun effect ontlenen aan interferentie met vasculaire ?-receptoren in de vaatwand…

Auteursinformatie

Zuiderziekenhuis, afd. Interne Geneeskunde, Groene Hilledijk 315, 3075 EA Rotterdam.

Dr. P.W.de Leeuw en prof.dr. W.H.Birkenhäger, internisten.

Contact dr. P.W.de Leeuw

Verbeteringen
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties