Tuchtrecht over de grenzen

Een kleine globe onder een voorzittershamer.
Lara Harmans
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2021;165:D6564

Er bestaan aanzienlijke verschillen tussen Nederland en andere westerse landen als het gaat om de juridische regulering van de medische praktijk. Een korte rondgang.

artikel

Het Nederlandse tuchtrechtsysteem wordt gekenmerkt door een procedure waarin medische professionals beoordeeld worden door beroepsgenoten en waarin gefocust wordt op het leren van fouten. Financiële compensatie wordt buiten de procedure gehouden. Dit systeem wordt vaak afgeschilderd als uniek, maar elementen ervan komen terug in procedures die ook gebruikt worden in andere westerse landen.

Het tuchtrecht dient, waar dan ook ter wereld, hetzelfde doel: patiënten beschermen tegen slechte zorg. Internationale normen ontbreken echter, waardoor de route, opzet en uitvoer van land tot land enorm verschillen. In de VS hebben zelfs alle staten hun eigen ‘medical boards’, met eigen regels en processen.

Het spectrum aan mogelijkheden is dan ook te breed om helemaal uit te tekenen. Hieronder zijn kort enkele ‘smaken’ belicht.

Klacht indienen

Het verschilt per land waar een patiënt in eerste instantie een klacht kan indienen tegen een individuele arts. Het kan vrijwel altijd bij de zorgaanbieder, maar bijvoorbeeld ook bij ‘medical councils’ (VK, Australië, Nieuw-Zeeland), een federale gezondheidsinspectie (België, Nederland (Landelijk Meldpunt Zorg)) of de beroepsgroep (Duitsland). In Australië kunnen patiënten vrijwillig een melding doen, terwijl zorgprofessionals, werkgevers en opleiders verplicht zijn om ernstige zaken te melden. Een survey in 11 EU-landen toonde aan dat circa 80-90% van de tuchtklachten direct van patiënten komt. De overige komen van artsen, zorginstelling of toezichtautoriteiten, zoals de Nederlandse Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd.

Tuchtorganisatie

Doorgaans bestaan tuchtcolleges net als in Nederland uit beroepsgenoten en juristen. In het VK maken ook leken onderdeel uit van het ‘panel’ dat uitspraak moet doen over ernstige zaken. De overheid heeft daar een ‘Professional Standards Authority’ ingesteld om alle uitspraken te reviewen en eventueel aangifte te doen.

De verantwoordelijkheid voor de inrichting, uitvoer en maatregelen van tuchtrechtelijke procedures kunnen per land of zelfs per regio bij verschillende partijen liggen. De tuchtrechtelijke organen houden zich in sommige landen puur met de klachten bezig, terwijl ze in andere landen inbreng hebben vanuit de beroepsvereniging of daar onderdeel van uitmaken.

Daarbij variëren ook de taken van deze instanties en de mate van wettelijke verankering. In Nieuw-Zeeland worden klachten over individuele artsen bijvoorbeeld direct verwezen naar een wettelijk orgaan. In België is de gehele afhandeling van tuchtzaken wettelijk geregeld via de Orde van Artsen: deze behandelt, onderzoekt en beoordeelt klachten, en neemt ook de disciplinaire maatregelen. In Duitsland heeft de beroepsgroep een eigen, niet-wettelijk statuut. Het Nederlandse systeem ligt ergens tussen de hiervoor genoemde landen in: het tuchtrecht is geregeld in de Wet BIG en de afhandeling gebeurt in een hybride setting. In Frankrijk begint elke tuchtprocedure met een bemiddelingsbijeenkomst. Als deze niet tot een oplossing leidt, volgt de stap naar de tuchtrechter. In Estland (en ook in Finland, Hongarije en Spanje) bestaat geen apart tuchtrecht: daar draagt de zorgaanbieder de disciplinaire verantwoordelijkheid. Wel kan in Estland de bij wet ingestelde ‘kwaliteit van gezondheidszorg’-expertcommissie een onderzoek instellen naar een arts.

Openbaarheid

Zittingen en uitspraken zijn in de meeste landen openbaar. Sommige landen of regio’s kennen echter wel procedures om zaken achter gesloten deuren te behandelen. Dit is bijvoorbeeld het geval in de Canadese provincie Ontario: tuchtrechtelijke uitspraken zijn daar maar gedeeltelijk openbaar of zichtbaar in het beroepsregister. Ook in Duitsland zijn uitspraken maar tot op zekere hoogte openbaar: alleen zaken die over professioneel gedrag gaan, kunnen publiek worden gemaakt door de artsenkamer. Beslissingen hierover verschijnen ook in het Deutsche Ärzteblatt. In Nederland kunnen partijen ook verzoeken om een zitting achter gesloten deuren, maar worden alle beroepsbeperkende maatregelen standaard openbaar gemaakt in onder andere de Staatscourant. In bijvoorbeeld Roemenië, Spanje en Slovenië worden beslissingen rondom disciplinaire acties helemaal niet publiek gemaakt.

Maatregelen

De sancties die een tuchtcollege kan opleggen variëren van waarschuwingen of berispingen tot (tijdelijke) schorsing, intrekking van een vergunning of doorhaling van de registratie. Hoewel het tuchtrecht met name is gericht op het toetsen van de kwaliteit van de beroepsuitoefening, ervaren veel artsen het als belastend of straffend om aan het tuchtrecht onderworpen te worden. Een schadevergoeding aan de klager toekennen kan de tuchtrechter in Frankrijk (en ook in Nederland) niet, maar het omgekeerde kan in Frankrijk wel: een klaagster die een arts ongegrond van handtastelijkheid had beschuldigd, werd er door de tuchtrechter toe veroordeeld de arts 1000 euro schadevergoeding te betalen en daarnaast 1000 euro voor diens proceskosten.

In sommige landen focust het tuchtrecht meer op maatregelen dan in andere. Zo nemen de colleges in de VS, het VK en Duitsland niet alleen de patiëntveiligheid, maar ook de voorbeeldrol van de arts mee in de overweging. Een strafblad kan daar consequenties hebben voor de beroepsuitoefening: veroordelingen in de privésfeer kunnen namelijk ook het vertrouwen in de beroepsgroep beschamen. In Nederland is de zogeheten ‘tweede tuchtnorm’ in april 2019 aangescherpt, waardoor het tuchtrecht hier inmiddels ook geldt voor gedragingen in de privésfeer. Dit gaat alleen op voor heel extreme gevallen die ‘in het licht van de beroepsuitoefening ongeoorloofd moeten worden geacht’: denk aan ernstige mishandeling of seksueel misbruik. In landen als België en Spanje is de beslissing minder gericht op maatregelen en meer op leren, correctie en eerherstel. Spanje biedt de arts die een tuchtprocedure ondergaat tegelijkertijd ook psychologische ondersteuning aan.

In Nederland worden jaarlijks zo’n 1600 tuchtklachten ingediend, waarvan zo’n 1100 met betrekking op artsen. Van de klachten tegen artsen wordt bijna 9 op de 10 gevallen ongegrond verklaard. Als een klacht wel gegrond wordt verklaard, resulteert deze meestal in een waarschuwing (64%), en minder vaak in een berisping (21%), een (voorwaardelijke) schorsing (8%) of het doorhalen van de BIG-registratie (1%). Zo’n 5% van de klachten worden gegrond verklaard zonder opgelegde maatregel.

Werken over de grens

Hierboven staan een aantal kenmerken van verschillende tuchtrechtsystemen beschreven. Aan de ene kant is het Nederlandse systeem misschien niet zo uniek als soms wordt gedacht, aan de andere kant kunnen de internationale verschillen groot zijn.

Dit heeft mogelijk consequenties, want de Wet BIG is ook van toepassing op in Nederland geregistreerde artsen die werken in het buitenland, terwijl ze daar tegelijkertijd natuurlijk ook rekening moeten houden met lokale wetten, regels en gebruiken. Andersom zijn er ook artsen in Nederland werkzaam die procedures uit een ander land gewend zijn.

Om het tuchtrecht internationaal ook onderling goed te organiseren, is in 2016 een Europees waarschuwingsmechanisme in werking getreden (zie kader Internationale uitwisseling). Dit moet voorkomen dat een arts over de grens aan het werk gaat als dat in eigen land niet kan vanwege een tucht- of strafzaak (zie kader Grensoverschrijders).

Literatuur
  1. Tuchtrecht | KNMG, KNMG. 8 oktober 2021.

  2. Notitie ‘Internationale vergelijking beroepenregulering in de zorg’. Raad Volksgezondheid & Samenleving. 18 augustus 2019.

  3. Maatregelen op grond van de wet BIG. CIBG, Ministerie van VWS. 28 september 2021.

  4. Weenink JW, Wallenburg I, Hulst EH, Bal RA. Tussen leren, samenwerken en straf: de verschuivende rol van wet- en regelgeving in de beroepsuitoefening van de zorg. Erasmus Universiteit Rotterdam, 2019.

  5. Struckmann V, Panteli D, Legido-Quigleu H, et al. Deciding when physicians are unfit to practise: an analysis of responsibilities, policy and practice in 11 European Union member states. Clin Med. 2015;15:319-24. Medline

  6. Harris JA, Byhoff E. Variations by state in physician disciplinary actions by US medical licensure boards. BMJ Qual Saf. 2017;26:200-8. Medline

Auteursinformatie

Lara Harmans, MSc, nieuwsredacteur, Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, Amsterdam.

Contact L. Harmans (l.harmans@ntvg.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: geen gemeld.

Auteur Belangenverstrengeling
Lara Harmans ICMJE-formulier
Uitlegkader
Dit artikel is gepubliceerd in het dossier
Journalistiek
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties