Toekomstprojecties van het zorggebruik en de kosten van astma en COPD in Nederland

Onderzoek
M. Hoogendoorn
T.L. Feenstra
M.P.M.H. Rutten-van Mölken
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150:1243-50
Abstract

Samenvatting

Doel

Bepalen van het zorggebruik en de daarmee verbonden kosten voor astma en chronische obstructieve longziekte (COPD) in Nederland in het jaar 2000 en het projecteren van deze kosten naar de toekomst.

Opzet

Descriptief en exploratief.

Methode

Kosten werden gebaseerd op gegevens over zorggebruik in 2000, afkomstig uit representatieve landelijke registraties en peilingen. De kosten werden uitgesplitst naar geslacht en leeftijd en voor COPD ook naar ernst van de aandoening. Met prevalentieprojecties werden 3 projecties voor de kosten van astma en COPD bepaald: 1 met constant zorggebruik en constante prijzen, 1 met astma- en COPD-specifieke trends in kosten voor ziekenhuisopnamen (astma: –4,7 en COPD: –4,1 per jaar) en medicatie (+4,9 per jaar) en 1 met bovendien algemene trends ten aanzien van de overige zorgtypen.

Resultaten

Voor het jaar 2000 werden de totale kosten voor astma (452.000 patiënten) en COPD (306.000 patiënten) geschat op respectievelijk 141 en 280 miljoen euro, 313 en 915 euro per patiënt, of 9 en 18 euro per inwoner. De projecties van de totale prevalentie voor het jaar 2025 varieerden van 478.000-568.000 patiënten voor astma en van 479.000-494.000 patiënten voor COPD. Bij gelijk blijvende zorg en prijzen werden de kosten in 2025 voor astma op 167-181 miljoen euro geschat en voor COPD op 443-495 miljoen euro. Projecties inclusief de geschatte trends in kosten voor ziekenhuisopnamen, medicatiekosten en kosten voor overige typen zorg voorspelden een sterkere stijging.

Conclusie

De kosten voor astma en COPD samen (421 miljoen euro) bedroegen 1,3 van de totale Nederlandse gezondheidszorgkosten in 2000. Bijna 70 van de kosten was voor COPD. In projecties naar 2025 stegen de kosten voor COPD sterker dan de kosten voor astma.

Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150:1243-50

Auteursinformatie

Erasmus MC, Institute for Medical Technology Assessment, Postbus 1738, 3000 DR Rotterdam.

Mw.ir.M.Hoogendoorn, gezondheidswetenschapper; mw.M.P.M.H.Rutten-van Mölken, gezondheidseconoom.

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), Centrum voor preventie en zorgonderzoek, Bilthoven.

Mw.dr.T.L.Feenstra, gezondheidseconoom.

Contact mw.ir.M.Hoogendoorn (e.hoogendoorn@erasmusmc.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties