Tegenvallende effectiviteit van bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker

Klinische praktijk
R.W.M. Giard
J.W.W. Coebergh
J.A. Wijnen
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1997;141:317-21
Abstract

Samenvatting

– Systematische screening door cervixcytologisch onderzoek heeft sterfte aan cervixcarcinoom niet zoveel verminderd als werd verwacht.

– Een belangrijke reden daarvoor is de wisselende sensitiviteit van het onderzoek door de grote aantallen, meestal normale uitstrijkjes.

– Enige verbetering van het effect van screenen is mogelijk door combinatie met computerondersteunde microscopische beoordeling en met testen op het humaan papillomavirus (HPV).

Auteursinformatie

St.-Clara Ziekenhuis, Olympiaweg 350, 3078 HT Rotterdam.

Afd. Klinische Pathologie: dr.R.W.M.Giard, patholoog en klinisch epidemioloog.

Afd. Gynaecologie en Verloskunde: dr.J.A.Wijnen, gynaecoloog.

Erasmus Universiteit, Instituut Epidemiologie en Biostatistiek, Rotterdam.

Dr.J.W.W.Coebergh, epidemioloog.

Contact dr.R.W.M.Giard

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties