Reproductieve erfelijkheidsadvisering tijdens de zwangerschap: het belang van (vroeg)tijdige verwijzing

Klinische praktijk
C.M. Aalfs
E.M.A. Smets
J.C.J.M. de Haes
N.J. Leschot
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2001;145:1577-81
Abstract

Dames en Heren,

Als erfelijkheidsadvisering betrekking heeft op kinderwens - men spreekt dan van reproductieve erfelijkheidsadvisering - dient die bij voorkeur plaats te vinden vóórdat er daadwerkelijk een zwangerschap is.1-3 Desondanks melden zich jaarlijks naar schatting 800 tot 1600 zwangere vrouwen voor reproductieve erfelijkheidsadvisering bij een van de 8 klinisch-genetische centra in Nederland (getallen gebaseerd op landelijke inventarisatie in 2000 door C.M.A.). Aan de hand van de volgende drie casussen illustreren wij enkele nadelen van reproductieve erfelijkheidsadvisering tijdens de zwangerschap. Bovendien wordt ingegaan op mogelijke oorzaken van het late tijdstip van aanmelding bij een klinisch-genetisch centrum.

Patiënt A, een 34-jarige vrouw, werd bij een zwangerschapsduur van 14 weken op initiatief van de gynaecoloog naar de polikliniek Klinische Genetica verwezen. Het betrof haar 4e zwangerschap; de eerste 3 zwangerschappen waren geëindigd in een vroege miskraam (figuur 1). Voor chromosomenonderzoek ter uitsluiting van een gebalanceerde translocatie was door de…

Auteursinformatie

Academisch Medisch Centrum/Universiteit van Amsterdam, Meibergdreef 15, 1105 AZ Amsterdam.

Afd. Klinische Genetica: mw.C.M.Aalfs en prof.dr.N.J.Leschot, klinisch genetici.

Afd. Medische Psychologie: mw.dr.E.M.A.Smets en mw.prof.dr. J.C.J.M.de Haes, medisch psychologen.

Contact mw.C.M.Aalfs (c.m.aalfs@amc.uva.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties