Opium: een oude geschiedenis

Perspectief
A.J. Dunning
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1995;139:2629-32

Opium: een oude geschiedenis

Toen Telemachus, de zoon van Odysseus, zijn vaders vriend koning Menelaüs in Sparta opzocht, werden herinneringen opgehaald aan de Trojaanse oorlog en de dood van Odysseus. Het maakte Telemachus uiterst terneergeslagen en verdrietig, totdat de schone Helena, de vrouw van Menelaüs, om wie de oorlog begonnen was, hem wijn aanbood waarin zij een medicijn had opgelost, de nepenthes, die kwaad en verdriet deed vergeten. Het is een mythologisch wonderkruid uit Egypte dat verlossing en vergetelheid bracht. Telemachus‘ verdriet, zo schrijft Homerus in het vierde boek van de Odyssee, wordt een etmaal gestild.

Veel uitleggers denken dat het opium is geweest dat euforie bracht waar verdriet heerste. De antieke wereld kende die eigenschappen en beschreef ze in geneeskundige verhandelingen. De papaverteelt van het Midden-Oosten leverde de ruwe grondstof die in dranken werd opgelost en wellicht speelde opium een rol in de extatische godencultus van Egypte en in…

Auteursinformatie

Prof.dr.A.J.Dunning, cardioloog, Angsteloord 63, 1391 ED Abcoude.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Veldhoven, januari 1996,

Met belangstelling las ik het artikel van collega Dunning, waarin hij onder meer het opiumgebruik door Keats, Baudelaire, Coleridge, Poe en De Quincey en de invloed daarvan op hun werk ter sprake brengt (1995;2629-32).

Graag zou ik een aanvulling willen geven door te wijzen op een interessant voorbeeld dichter bij huis. Onze productiefste romantische dichter, mr. Willem Bilderdijk (1756-1831), gebruikte vanaf zijn studententijd tot zijn dood regelmatig opium, niet alleen als ‘geestverruimend middel’ maar ook als eetlustremmer.12 Tientallen eigenhandig geschreven recepten voor opium zijn van hem bewaard gebleven.3

Boudewijn Büch schrijft naar aanleiding van Bilderdijks opiumgebruik dat dit in zijn geval heeft geleid tot hypomanie, veelschrijverij en verlies van zelfkritiek,3 eigenaardigheden die al bij vluchtige kennismaking met het enorme oeuvre van de dichter opvallen. Niet alleen in zijn gedichten, ook in zijn correspondentie komt dit gevolg van zijn drugsgebruik naar voren.

Geyl spreekt bijvoorbeeld naar aanleiding van Bilderdijks correspondentie met vader en zoon Tydeman over de ‘onstuitbare uitvoerigheid en nooit falende stelligheid’ van Bilderdijks oordeelvellingen en beschouwingen en een paar regels verder over ‘de bruisende verbeelding van het nooit in verlegenheid gebrachte orakel’,4 bewoordingen die aan duidelijkheid niets te wensen overlaten.

Bilderdijk blijft een van de boeiendste figuren in de Nederlandse cultuurgeschiedenis. Zijn invloed is tot op de dag van vandaag merkbaar in de opvattingen die in sommige christelijke groeperingen nog altijd worden gehuldigd. Of Bilderdijks geestendrijverij het gevolg was van zijn opiumgebruik, is moeilijk met zekerheid te bewijzen.

B.H. Postma
Literatuur
  1. Het dagboek van de student Nicolaas Beets 1833-1836. Uitgegeven, ingeleid en toegelicht door P.van Zonneveld. 's-Gravenhage, 1983.

  2. Ongedateerde brief van Bilderdijk aan Jeronimo de Vries. In: Jong MJG de, Zaal W. Bilderdijk. Een overzicht van zijn leven en een keuze uit zijn werken. Kampen: Kok, 1960:121.

  3. Büch B. De geopiaceerde wereld van Willem Bilderdijk. In: Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1980-1981. Leiden: Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1981:27-38.

  4. Geyl P. Een eeuw strijd om Bilderdijk. De Gids 1956.