Groei van kennis leidt tot steeds grimmiger beeld

De gezondheidseffecten van roken

Een half opgebrande sigaret waarvan de resterende as de vormen van mensen heeft aangenomen. De figuren brokkelen steeds meer af aan het einde van de sigarettenas.
Johan P. Mackenbach
Ronald A.M. Damhuis
Jasper V. Been
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2017;161:D869
Abstract

In deze serie publiceren wij artikelen over roken. De onderwerpen lopen uiteen van de gezondheidseffecten van roken tot de kosten voor de samenleving en de preventie van roken onder jongeren.

Samenvatting

  • In dit artikel geven wij een beknopt overzicht van nieuwe inzichten in de gezondheidseffecten van roken, zowel op rokers zelf als op degenen die aan de tabaksrook van anderen zijn blootgesteld.
  • Het aantal ziekten en aandoeningen waarvan vaststaat dat ze door actief roken kunnen worden veroorzaakt, is inmiddels opgelopen tot meer dan 30.
  • Het risico op vroegtijdige sterfte is niet 2 maal hoger onder rokers dan onder niet-rokers, zoals we vroeger dachten, maar 3 maal.
  • Ook van passief roken is inmiddels een scala aan negatieve gezondheidseffecten vastgesteld.
  • Verder zijn de oorzakelijke mechanismen van onder meer het ontstaan van kanker, ischemische hartziekte en nicotineafhankelijkheid onder invloed van roken in belangrijke mate ontrafeld.
  • Verschillende vraagstukken vragen nader onderzoek, zoals wat het effect van roken is op de psychische gezondheid en welke effecten ‘derdehands rook’ heeft. Maar intussen blijft krachtige actie tegen dit consumentenproduct met grimmige volksgezondheidseffecten vereist.
Auteursinformatie

Erasmus MC, Rotterdam.

Afd. Maatschappelijke Gezondheidszorg: prof.dr. J.P. Mackenbach, sociaal geneeskundige en epidemioloog.

Sophia Kinderziekenhuis, Divisie Neonatologie: dr. J.V. Been, kinderarts-fellow neonatologie en epidemioloog.

Integraal Kankercentrum Nederland, Rotterdam.

Dr. R.A.M. Damhuis, arts-epidemioloog.

Contact prof.dr. J.P. Mackenbach (j.mackenbach@erasmusmc.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning voor dit artikel: het werk van J.V. Been wordt financieel gesteund door persoonlijke fellowships van het Longfonds en het Erasmus MC.

Dit artikel is gepubliceerd in het dossier
Roken
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

R.C.
Van de Graaf

Drs. R.C Van de Graaf
Prof.dr. G.G. Anthonio

De auteurs geven een goed overzicht van de gezondheidseffecten van het roken van tabak op het rokende individu en mensen in de directe omgeving inclusief aanwezige kinderen. Eén belangrijke ziekte, die vaak optreedt bij een roker wordt echter niet genoemd, namelijk tabaksverslaving. Wij vinden het van belang om deze verslavingsziekte wel structureel op te nemen in de lijst met gevolgen van tabaksgebruik. Veel maar niet alle gebruikers van tabak ontwikkelen een tabaksverslaving, welke net als andere verslavingen een ernstige chronische ziekte is. Deze verslaving heeft veelal verregaande gevolgen en het is vaak moeilijk om er van af te komen. Het roken van tabak is de meest verslavende tabaksgebruiksvorm en mede daarom waarschijnlijk ook de meest voorkomende.

Roken heeft nog een ander gezondheidseffect. Roken beïnvloedt namelijk via de gebruiker (de roker) in sociale interacties ook het rookgedrag van anderen (zowel rokers, ex-rokers en mensen die nog nooit gerookt hebben). Rokers zoeken elkaar vaak op, ze verstrekken elkaar tabak, steken elkaars sigaret aan, creëren rookplekken, plannen samen rookpauzes, versterken elkaars rookgedrag en houden dit samen in stand. Een roker die probeert te stoppen of een ex-roker kan terugvallen door uitnodigende interacties met rokers. Het is verder opvallend hoe makkelijk de rookgewoonte (en als gevolg daarvan tabaksverslaving als ziekte) van generatie op generatie lijkt te worden overgedragen. Rookgedrag zet aan tot roken bij kinderen. Desondanks roken nog veel mensen in de buurt van kinderen en roken vrijwel alle rokende ouders wel eens in het bijzijn van hun eigen kind.

De tabaksindustrie is er in geslaagd om de sigaret en de rookgewoonte stevig te verankeren in onze samenleving als een normaal product en normaal gedrag, en wel op zo’n manier dat de impact van het roken nog steeds door velen wordt onderschat. Gelukkig lijkt er nu een kentering in deze situatie te ontstaan. De auteurs pleiten voor het inzetten op een ‘eindspel tegen tabak’ wat wij van harte onderschrijven! Dit betekent dat er forsere populatiegerichte (overheids)maatregelen genomen moeten worden in combinatie met optimalisering van de zorg voor tabaksgebruikers. Omdat roken sterk gekoppeld is aan sociale interactie moeten ook interventies ontwikkeld worden om ‘doorrookte’ sociale netwerkstructuren rookvrij te maken. Dit geldt vooral ook voor subgroepen die relatief resistent zijn gebleken voor tabaksontmoedigende maatregelen en moeilijker blijken te kunnen stoppen met roken, zoals de patiëntenpopulatie in de verslavingszorg en GGZ. Veel mensen met een alcohol- of drugsverslaving roken (fors) en leven in sociale netwerken waar stevig gerookt wordt. Ze worden bovendien zelfs behandeld in een zorgsector waarin roken nog de norm is. Wij pleiten dan ook voor niet alleen het rookvrij maken van het publieke domein, maar ook van de zorg als sector. Meer aandacht voor kinderen binnen sociale netwerken waarin veel gerookt wordt is verder van belang.

Johan
Mackenbach

Wij danken de collega's Van de Graaf en Anthonio voor hun aanvullingen op ons artikel. Wij zijn het met hen eens dat er meer aandacht nodig is voor het verslavende karakter van tabaksgebruik. Op een aantal van de door hen aangesneden onderwerpen zal in latere artikelen in deze reeks nog worden ingegaan. 

Peter
pslee@xs4all.nl

Een lezenswaardig en interessant artikel. Een kleine aanvulling, waardoor de lange duur tussen onderzoeksresultaten en "aanpassingen" in het dagelijks leven, nog opvallender en schrijnender wordt. De auteurs schrijven in hun inleiding, dat sinds de veertiger en vijftiger jaren een verband bleek uit epidemiologische studies tussen roken en longkanker. Maar het is al in de dertiger jaren, dat prof.dr.A.H.Roffo, werkzaam in Buenos Aires, in een Duits en een Spaans-talig tijdschrift constateerde, dat het aantal gevallen van kanker van "die Rauchstrasse" of "the smoking highway", voornamelijk bij mannen, die rookten, toenamen. Naast deze epidemiologische observaties deed hij ook experimenten op de oren van konijnen (Karzinomenentwicklung bei einem rauchenden Kaninchen, 1931), waarbij hij de stappen in de ontwikkeling naar een maligniteit zag en beschreef. Tevens isoleerde hij stoffen, die hiervoor verantwoordelijk waren. In 1931 benoemt hij roken als een oorzaak van blaaskanker.  De Amerikaanse Surgeon General heeft pas in 1964 geconcludeerd dat het om een oorzakelijk verband ging! En maligniteiten van de "Rauchstrasse" en van de blaas volgden nog later. 

Literatuur: http://www.scielosp.org/pdf/bwho/v84n6/v84n6a21.pdf

LS,

Als ik het goed begrijp is het relatieve risico of hazard ratio (ik weet niet welke hier het meest van toepassing is) van roken op vroegtijdig overlijden 3. In de spreekkamer zou het mooi zijn als je dat kan vergelijken met ander risicovol gedrag zoals bijvoorbeeld extreme sporten of beroepen. Is er bij jullie een artikel met dit soort cijfers bekend?

Ik ben benieuwd!

Met vriendelijke groet,

Emil Verhoofstad