‘Je ziet het ziekenhuis van een heel andere kant’

Joost Piët
Lorette Harbers
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2023;167:C5417

Begin dit jaar liep Joost Piët als een van de eersten het nieuwe keuzecoschap Duurzaamheid bij het Spaarne Gasthuis in Haarlem. Op de afdeling Intensive Care verdiepte hij zich in het verminderen van medicijnverspilling.

Toen Joost Piët het Spaarne Gasthuis belde om zich aan te melden voor een keuzestage Innovatie, werd hij uitgenodigd om in plaats daarvan het nieuwe keuzecoschap Duurzaamheid te testen. Deze kans greep hij met beide handen aan.

Joost liep op de IC mee met een enthousiaste intensivist die al veel met duurzaamheid bezig was. ‘Daar kreeg ik alle vrijheid om zelf uit te zoeken waar ik me in de 4 weken durende stage op wilde richten. Ik kon me daarbij laten inspireren door de suggesties op de website van De Groene IC, een samenwerking van IC’s die zich inzetten…

Auteursinformatie

L. Harbers, nieuwsredacteur, Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, Amsterdam.

Contact L. Harbers (l.harbers@ntvg.nl)

Planetary health in medisch onderwijs
Dit artikel is gepubliceerd in het dossier
Journalistiek
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Met veel interesse heb ik dit artikel gelezen, en ik hoop dat het coassistenten inspireert om ook een dergelijk niet-standaard maar zeer leerzaam coschap aan te gaan. Echter, de volgende zin mij inspireerde deze reactie te schrijven: "Het is bv. duurzamer om minder plastic te gebruiken, maar de afdeling Infectiepreventie ziet toch het liefst dat materialen eenmalig gebruikt worden".

Dit is nogal kort door de bocht geformuleerd en het raakte mij als plaatsvervangend hoofd Infectiepreventie in mijn duurzame hart, en in dat van mijn collega’s. Ik geef de auteur het voordeel van de twijfel, en wil graag aanhaken op dit artikel om een aantal misconcepties de wereld uit te helpen.

“Maar het mag niet van de HIP” (Unit Hygiëne en Infectiepreventie). Dat horen we geregeld in de praktijk, is vaak niet waar, en is een insteek die de werkelijkheid meestal tekort doet.

Voorbeeld. Bij materialen die in de markt gezet zijn voor eenmalig gebruik, is het niet toegestaan (juridisch) om deze meermalig te gebruiken: zo heeft de fabrikant ze niet afgeleverd en daarom kan de HIP hier niet anders op adviseren. Daarnaast is er voor dit soort materialen vaak geen goede reiniging-, desinfectie- en/of sterilisatiemethode beschikbaar. Dit is een instructie die een fabrikant moet leveren en als die er niet is, kan de HIP in de meeste gevallen niet zomaar een ‘houtje-touwtje’ alternatief bedenken. 

Ander voorbeeld. Medewerkers van de HIP hebben vaak goed zicht op allerlei (complexe!) processen binnen het ziekenhuis, maar zijn vaak niet de proceseigenaar. De HIP kan wél adviseren, maar zijn meestal niet de partij om bij aan te kloppen om deze processen te veranderen.

Zorgafdelingen kunnen verstandig inkopen en voor materialen kiezen die in de markt gezet zijn voor meermalig gebruik (zg. "reusable" materialen), die voldoen aan diverse wetgeving, en die daarnaast ook in de eigen organisatie geschikt gemaakt kunnen worden voor hergebruik. Bijvoorbeeld, dat ze door de Centrale Sterilisatieafdeling gesteriliseerd kunnen worden, als dat nodig is. Een overkoepelende oplossing voor dit soort kwesties kan liggen bij een goed functionerende "materialen adviescommissie" in het ziekenhuis: die zorgt ervoor dat alleen materialen en medische hulpmiddelen worden ingekocht die op alle fronten aan de eisen voldoen, en dat het ziekenhuis aan de voorwaarden kan voldoen om deze materialen goed en veilig te kunnen gebruiken. Voorkomt een hoop gedoe achteraf.

Met voldoende evidence op zak mag er trouwens ook gewoon een heleboel wél “van de HIP”. Recent onderzoek liet zien dat langer gebruik van infuussystemen (7 ipv de standaard 4 dagen) géén verhoogd risico op lijninfecties geeft en wél een hoop werk en materiaal bespaart.[1] Dit soort publicaties helpen in de onderbouwing om van de ‘gebruiksvoorwaarden’ van de fabrikant af te wijken.

Infectiepreventie heeft duurzaamheid hoog op de agenda staan en experts op dit vlak zijn verenigd in het Green Team Infectiepreventie van beroepsvereniging VHIG.[2] Zij hebben een korte reactie op dit artikel geschreven op hun LinkedIN pagina.[3]

Ook is er een campagne gelanceerd om “correct handschoengebruik” te promoten. Handschoenen worden namelijk vaak gedragen op momenten dat dit helemaal niet hoeft “van de HIP”.[4]

Een uitwisseling van ‘best practices’, een onderzoekagenda op duurzaamheid en infectiepreventie, en een overzicht van de huidige stand van zaken kan een onderwerp zijn voor een toekomstige publicatie in het NTvG.

Tot slot, in het Radboudumc worden alle coassistenten getraind en getoetst op Infectiepreventie en juist gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. Ook loopt er continu minstens 1 coassistent op de afdeling Medische Microbiologie voor een coschap van een maand; deze coassistenten lopen ook een paar dagen mee op de unit Infectiepreventie. Alle grote dingen beginnen klein.

Met vriendelijke groet,

Dr. A. Tostmann, epidemioloog

Plv hoofd Infectiepreventie Radboudumc

Lid van Green Team Medische Microbiologie, en Radboudumc Green Team Infectiepreventie

Alma Tostmann