Voorspellende factoren van functionele beperkingen na ernstig letsel<sup>*</sup>

Onderzoek
Akkie N.Ringburg
Suzanne Polinder
Ewout W. Steyerberg
Esther M.M. van Lieshout
Peter Patka
Ed F. van Beeck
Inger B. Schipper
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A3245
Abstract

Toets voor nascholing (verlopen)

Aan dit leerartikel was een toets gekoppeld waarmee je nascholingspunten kon verdienen.

Bekijk de toets

Samenvatting

Doel

Het bepalen van de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven en voorspellende factoren voor functionele beperkingen bij traumapatiënten 1 jaar na een ernstig ongeval.

Opzet

Prospectieve cohortstudie.

Methode

Alle ernstig gewonde patiënten die in een periode van 30 maanden opgenomen werden in een level 1-traumacentrum en die 30 dagen na opname nog in leven waren, werden geïncludeerd. 12 maanden na het ongeval werden de kwaliteit van leven en functionele beperkingen bepaald met de vragenlijsten EuroQol-5D (EQ-5D) en de Health Utilities Index (HUI).

Resultaten

Gedurende de studieperiode werden 362 patiënten geïncludeerd, van wie 246 de vragenlijsten retourneerden (respons: 68%). De mediane EQ-5D-somscore was 0,73 (Nederlandse populatienorm: 0,88). De HUI2- en HUI3-somscores en de EQ-5D-scores op een visuele analoge schaal waren respectievelijk 0,81, 0,65 en 70. Slechts 22% van de patiënten rapporteerde 1 jaar na het trauma geen functionele beperking in een van de 5 domeinen van de EQ-5D. Vrouwen en personen met comorbiditeit ten tijde van het trauma hadden een hoger risico kans op lagere scores na 1 jaar.

Conclusie

Het functioneren en de kwaliteit van leven van traumapatiënten waren 1 jaar na ernstig letsel verre van genormaliseerd. Vrouwelijk geslacht en comorbiditeit waren voorspellers van slechtere functionele uitkomsten.

Auteursinformatie

*Dit onderzoek werd eerder gepubliceerd in The Journal of Trauma (70(4):916-922, April 2011), met als titel ‘Prevalence and prognostic factors of disability after major trauma’.

Afgedrukt met toestemming.

Erasmus MC, Rotterdam.

Afd. Maatschappelijke Gezondheidszorg: dr. S. Polinder, gezondheidseconoom; prof.dr. E.W. Steyerberg, statisticus; dr. E.F. van Beeck, arts-epidemioloog.

Contact dr. A.N. Ringburg (a.ringburg@erasmusmc.nl)

Verantwoording

Marie Catharine van Ierland, Diana van Emmerik en Tamara Meulman assisteerden bij de dataverzameling.
Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.
Aanvaard op 21 maart 2011

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Met belangstelling heb ik uw artikel gelezen en ik heb nog enkele vragen.

 

U schrijft dat de EQ-5D wordt weergegeven als somscore. In de tekst wordt die ook als zodanig gepresenteerd, overigens zonder dat duidelijk wordt of de afwijking ten opzichte van de Nederlandse populatienorm statistisch significant en/of klinisch relevant is. Maar in tabel 3 wordt van deze uitkomstmaat geen somscore gepresenteerd, alleen nog de dimensies. Wat is het effect van de onafhankelijke variabelen op de uitkomst EQ-5D (somscore)?

Een andere vraag is of het verschil tussen mannen en vrouwen mogelijk verklaard kan worden door de hogere leeftijd van de vrouwen? Of iets breder geformuleerd, welke variabelen hebt u in het multivariabele model opgenomen?

 

Ingrid Snels, verzekeringsarts UWV