artikel
Veel mensen vinden het moeilijk te begrijpen dat voeding een risicofactor kan zijn voor het krijgen van ernstige chronische ziekten. Het is een lange-termijneffect. Ook de wetenschappelijke wereld weet veelal nog niet wat er precies op weefsel- en celniveau gebeurt. De meeste kennis hebben we uit langlopende epidemiologische studies waarbij grote aantallen mensen worden gevolgd. Een goed voorbeeld is de ‘European Prospective Investigation into Cancer and Nutrition’. In een deel van de studie werden meer dan 20.000 mensen van 35-65 jaar gevolgd, waarbij werd gekeken naar het optreden van diabetes mellitus type 2, hartinfarct, beroerte en kanker. Het verband met 4 lifestyle-factoren werd nagegaan: nooit gerookt hebben, een BMI lager dan 30, 3,5 uur of meer bewegingsactiviteit per week en een voedingspatroon gekenmerkt door het eten van veel groente en fruit en volkorenbrood en weinig vlees. Van de onderzochte personen voldeed 9% aan alle 4 factoren. In een follow-upstudie van gemiddeld 7,8 jaar was voor deze personen het risico op het optreden van een chronische ziekte sterk verlaagd (78%), voor diabetes mellitus was dit 93%, voor hartinfarct 81%, voor beroerte 50% en voor kanker 36%.
In een recente studie in Boston werden meer dan 37.000 mannen en 80.000 vrouwen gedurende ruim 20 jaar gevolgd. De consumptie van rood vlees was geassocieerd met een verhoogd risico op sterfte door alle oorzaken en met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten en kanker. Substitutie van rood vlees door andere eiwitbronnen (vis, kip, noten, bonen, volkoren granen) hield verband met een lager sterfterisico. Rood vlees bevat als schadelijke factor verzadigd vet, plantaardig eiwit bevat onder meer antioxidantia die een gunstig effect hebben.
De productie van rood vlees levert een grote belasting op voor het milieu door landgebruik, het gebruik van water en de uitstoot van broeikasgassen. Mensen consumeren gemiddeld wereldwijd 39 kg vlees per persoon per jaar. In Europa en Noord-Amerika is dit respectievelijk 91 en 121 kg per jaar (in Nederland 84 kg). De vleesconsumptie is in de periode 1950-2000 wereldwijd vervijfvoudigd en zal tot 2050 verdubbelen. Er is 6 kg plantaardig eiwit nodig voor de productie van 1 kg vlees. In de EU was in 2003 de bijdrage van de veehouderij aan de uitstoot van broeikasgassen 10%, die van de totale vervoerssector 21%. Van de totale graan- en sojaproductie is 40-75% bestemd voor veevoer. Voor de productie van dierlijk eiwit wordt circa 100 keer zoveel water gebruikt als voor de productie van graaneiwit.
Zal onze planeet de komende periode tot 2050 nog eens 3 miljard mensen meer kunnen voeden? Het moet mogelijk zijn de consumptie van dierlijk eiwit aanzienlijk te verminderen en met het dan voor menselijke consumptie vrijkomende plantaardig eiwit grote aantallen mensen te voeden. Het lijkt verstandig niet alleen uit ecologisch maar ook uit medisch opzicht zo weinig mogelijk rood vlees te eten en te vervangen door plantaardig eiwit.
Reacties