Scoliose bij kinderen met het 22q11.2-deletiesyndroom

Klinische praktijk
Dino Colo
Moyo C. Kruyt
Brigitte C.M.S. Timmers-Raaijmaakers
René M. Castelein
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156:A4298
Abstract

Dames en Heren,

Het chromosoom 22q11.2-deletiesyndroom (22q11DS) is het meest voorkomende deletiesyndroom met een geschatte incidentie van 1 op 4000 levendgeborenen. De ware incidentie ligt waarschijnlijk hoger, omdat de aandoening nogal eens niet of pas laat herkend wordt, zeker wanneer het een minder uitgesproken fenotype betreft.1,2 Het is na het downsyndroom de meest voorkomende oorzaak van ontwikkelingsachterstand en ernstige congenitale cardiale afwijkingen.1 Aangezien 22q11DS vrijwel elk orgaan en vele functies kan treffen, is bij de behandeling een multidisciplinaire benadering vereist. In deze klinische les beschrijven wij een kenmerkende, maar onderbelichte afwijking bij 22q11DS: de scoliotische verkromming van de wervelkolom.

Patiënt A, een aterm geboren jongen van 14 maanden, kwam via de huisarts bij de orthopedisch chirurg in verband met een fors beperkte functie van de rechter schouder. Deze jongen, geboren na een ongecompliceerde zwangerschap, had afstaande scapulae, rechts meer dan links, met een duidelijk beperkte elevatie en abductie…

Auteursinformatie

Universitair Medisch Centrum, Utrecht.

Afd. Orthopedie: D. Colo, BSc, coassistent; dr. M.C. Kruyt en prof.dr. R.M. Castelein, orthopedisch chirurgen.

Afd. Algemene Pediatrie: dr. B.C.M.S. Timmers-Raaijmaakers, kinderarts.

Contact D. Colo, BSc (d.colo@students.uu.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.
Aanvaard op 1 januari 2012

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties