Nieuwe therapieën in de neurologie, maar wie wordt er beter van?

Opinie
M. Vermeulen
R.J. de Haan
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1999;143:1764-6
Abstract

In de neurologie zijn in de afgelopen jaren enkele nieuwe therapieën geïntroduceerd: sumatriptan voor migraine, riluzol voor amyotrofe laterale sclerose (ALS), interferon beta voor multiple sclerose en rivastigmine voor de ziekte van Alzheimer.

Sumatriptan werd geregistreerd nadat in placebogecontroleerd onderzoek was gebleken dat dit middel de aanvalsduur van de hoofdpijn bekortte.1 Riluzol vertraagt het ziektebeloop van ALS, waardoor de behandelde patiënten 2 tot 3 maanden langer leven.2 Eerder is in dit tijdschrift geschreven over de onduidelijke effecten van het inmiddels geregistreerde interferon beta bij multiple sclerose.3 Rivastigmine werd als geneesmiddel voor de ziekte van Alzheimer geregistreerd, nog voordat de betreffende onderzoeksresultaten in de vakliteratuur waren beschreven.4 Wat deze nieuwe therapieën gemeen hebben, zijn de vraagtekens die bij hun effectiviteit kunnen worden geplaatst.

macht van de industrie?

De vraag rijst of artsen machteloos staan tegenover een industrie die erin slaagt registratie en vergoeding van weinig werkzame geneesmiddelen…

Auteursinformatie

Academisch Medisch Centrum, Postbus 22.700, 1100 DE Amsterdam.

Afd. Neurologie: prof.dr.M.Vermeulen, neuroloog.

Afd. Klinische Epidemiologie en Biostatistiek: prof.dr.R.J.de Haan, klinisch epidemioloog.

Contact prof.dr.M.Vermeulen

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties