Bij kinderen < 6 jaar ontbreekt vaak een karakteristiek astmapatroon en kan de diagnose nog niet geobjectiveerd worden. Daarom wordt bij hen de diagnose ‘episodisch expiratoir piepen’ gebruikt.
Bij kinderen ≥ 6 jaar wordt astma gediagnostiseerd op basis van symptomen; bij twijfel kan spirometrie behulpzaam zijn.
Astmabehandeling heeft als doel volledige astmacontrole, dat wil zeggen: symptomen overdag ≤ 2 maal/week, geen symptomen ’s nachts, geen beperkingen, noodmedicatie ≤ 2 maal/week, niet-afwijkende spirometrie-uitslag.
Roken door het kind of naasten wordt sterk afgeraden.
Een kortwerkend beta-2-sympathicomimeticum (‘short-acting beta-agonist’, SABA) wordt aanbevolen bij kinderen < 1 jaar als proefbehandeling. Het effect hiervan dient geëvalueerd te worden. Een onderhoudsbehandeling met inhalatiecorticosteroïden (ICS) wordt niet aangeraden.
Bij kinderen van 1 tot 6 jaar wordt behandeling met een SABA aanbevolen, en bij persisterende symptomen behandeling met ICS. Onvolledige astmacontrole is een verwijsindicatie.
Bij kinderen ≥ 6 jaar is behandeling met ICS aanbevolen bij onvolledige astmacontrole. Als ondanks een gebruikelijke dagdosering ICS en adequate coping geen volledige astmacontrole wordt bereikt, wordt verwijzing aanbevolen.
Patiënten met onderhoudsmedicatie moeten regelmatig gecontroleerd worden.