artikel
‘Ja natuurlijk wil ik meedoen!’ Bijna verbaasd kijkt meneer C. me aan. Hij heeft een gemetastaseerd maagcarcinoom, maar is in goede conditie. Ik heb hem zojuist de JACOB-studie uitgelegd: een gerandomiseerd fase-III-onderzoek voor patiënten met een gemetastaseerd maag/maagovergangscarcinoom dat de groeifactorreceptor HER2 tot overexpressie brengt (HER2-positief). In de studie worden patiënten gerandomiseerd voor de standaardbehandeling – chemotherapie in combinatie met trastuzumab – of voor de combinatie van deze behandeling met pertuzumab. Voor patiënten met HER2-positieve borstkanker leidde de combinatie van trastuzumab en pertuzumab tot een belangrijke verbetering van de uitkomst van de behandeling. De grote vraag is of dat bij het maag(overgangs)carcinoom ook zo is. Voldoende inclusie van patiënten in het onderzoek is cruciaal om deze vraag te beantwoorden. In totaal zijn voor deze studie 780 patiënten nodig. De enthousiaste reactie van meneer C. komt dus goed uit. Maar … hij is wel erg enthousiast. Ik vraag hem waarom hij mee wil doen. Zo mogelijk kijkt hij mij nog verbaasder aan.
‘Ik wil zo lang mogelijk leven en wil dat nieuwe middel dus hebben! Als ik de standaardbehandeling zou krijgen, laat dan die studie maar zitten – dat is me te veel extra gedoe. Maar voor dat nieuwe middel kom ik wel.’
Even val ik stil. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat hij uit de studie stapt op het moment dat de randomisatie uitwijst dat hij de standaardbehandeling krijgt. Dat zou een onwenselijke bias in de studie geven. En – veel belangrijker nog – het is nog maar de vraag of de toevoeging van pertuzumab aan de standaardbehandeling de overleving van patiënten echt verbetert. Die hypothese moet nog maar bewezen worden. Dat betekent tevens dat mijn patiënt de experimentele behandeling niet buiten studieverband krijgt – hoe graag hij ook zou willen. Het kan immers zijn dat de experimentele behandeling niet beter of zelfs slechter uitpakt dan de standaardbehandeling. Buiten de gecontroleerde omstandigheden van een studie om, moet je een patiënt aan dergelijke risico’s niet blootstellen – een basisprincipe waaraan helaas niet alle dokters zich houden.
Meneer C. aarzelt: ‘Dus als ik de standaardbehandeling krijg, levert dat wel extra kennis op? Tja, dat is ook belangrijk … Misschien dat ik dan toch meedoe – wat er ook uit die loting komt. Maar het is wel spannend hoor, want het liefst zou ik toch dat nieuwe middel…’
Spannend vind ik het ook. Studies zoals JACOB zijn vaak de laatste stap voordat een nieuwe behandeling in de standaardpraktijk kan worden geïntroduceerd; als de nieuwe behandeling tenminste echt beter is dan de standaard. En nieuwe therapieën voor het slokdarm/maagcarcinoom zijn hard nodig: de mediane overleving van een patiënt met gemetastaseerd maag(overgangs)carcinoom is, ondanks behandeling met chemotherapie, nog geen jaar. Aan de slag dus!
Reacties