Met film naar congres

Peter J. Koehler
Bregt Lameris
Eva Hielscher
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156:B881

artikel

De films van Magnus en Rademaker (1908-1940) die wij recent ontdekten, blijken zwijgende films met summiere tussentitels. Voor achtergrondinformatie moesten we op zoek naar gepubliceerd werk van beide fysiologen. Behalve in boeken en artikelen vonden we materiaal in de dagboeken van Magnus, zoals te vinden in zijn biografie. Magnus legde zijn observaties vast in films en nam die als bewijs mee naar congressen om er collega’s mee te overtuigen.

Het 8e Internationale Congres voor Fysiologie in Wenen (1910) is hiervan een voorbeeld; wij lezen daarover in Magnus’ dagboeken. Hij blijkt behalve een groot fysioloog, ook een gewoon mens te zijn. Na het openingsdiner dronk hij een biertje met de Engelsen, onder wie de door hem bewonderde Sherrington. Hij doet verslag van interessante lezingen en is zenuwachtig voor zijn lezing van de volgende dag. Uiteindelijk moet het met die lezing wel goed gekomen zijn. In een officieel verslag lezen we tenminste dat een van de interessante technische aspecten van het congres was dat er steeds meer gebruikgemaakt werd van cinematografie. Magnus werd hierbij genoemd als voorbeeld. Aan de hand van film toonde hij de controle door het centraal zenuwstelsel met betrekking tot bewegingen. Zijn film maakte kennelijk zo veel indruk dat hem gevraagd werd deze nog een keer te vertonen.

In het verslag over het 9e Internationale Congres voor Fysiologie in Groningen (1913) lezen we over de hoogtepunten van deze bijeenkomst, waaronder de lezing van Ivan Pavlov. Maar ook Magnus werd genoemd als hoogtepunt; hij maakte wederom gebruik van cinematografie om zijn werk omtrent de lichaamshouding te demonstreren, waarbij hij speciale aandacht had voor de tonische halsreflexen. In de verslaglegging van dit 9e congres is te lezen dat nog meer dan voorheen gebruik wordt gemaakt van cinematografie, met onder meer microscopische beelden en slow-motion-films. Deze cinematografische technieken werden gebruikt om ‘het onzichtbare zichtbaar te maken’, oftewel om te laten zien wat met het blote oog niet waarneembaar is.

Het congresverslag eindigt met ‘Unfortunately, the spirit that governed our Congresses did not govern other international relations, and in little over a twelvemonth from the Groningen meeting the greater part of Europe was engaged in war’.

Een van ons houdt zich al geruime tijd bezig met de correspondentie tussen de Nederlandse hoogleraar neurologie en psychiatrie Winkler en zijn Zürichse collega en vriend Von Monakow, die niet lang geleden in de archieven van het NTvG werd teruggevonden en waarin commentaar op het werk van Magnus en Rademaker is te vinden. In een van de brieven staat: ‘Ps Ich denke dieser 1 Aug 1914 wird einen historischen Tag werden’. De Eerste Wereldoorlog leidde ertoe dat de klinieken voor psychiatrie en neurologie als gevolg van shellshock en verwondingen snel volliepen met soldaten afkomstig van het front. Ook dit werd uitgebreid cinematografisch vastgelegd.

Auteursinformatie

Contact ( (pkoehler@neurohistory.nl)

Ook interessant

Reacties