Het stompe buiktrauma in de zwangerschap; autogordels vast en zeker?

Klinische praktijk
P.J.Q. van der Linden
M.A.H.M. Wiegerinck
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1989;133:1153-5

Dames en Heren,

Een stomp buiktrauma, in het bijzonder dat ten gevolge van een auto-ongeval, kan voor een zwangere vrouw en haar ongeboren kind ernstige gevolgen hebben. Naar schatting 5-7 van de zwangere vrouwen is betrokken bij ongevallen, waarin begrepen verkeersongevallen. De helft hiervan doet zich voor in het laatste trimester van de zwangerschap.1 Verwondingen kunnen stomp of penetrerend zijn en kunnen organen van de moeder, maar ook van de foetus en de placenta beschadigen. De veranderde lichaamsstabiliteit en de vergrote buik dragen bij aan de kwetsbaarheid van de zwangere.

Van twee zwangere vrouwen die betrokken waren bij een verkeersongeval, beschrijven wij de ziektegeschiedenissen.

Patiënt A, een 27-jarige gravida III, para II, met een amenorroeduur van 36 weken en één dag, had een tot dan toe ongestoord verlopende zwangerschap, waarvoor zij gecontroleerd werd door een verloskundige. Patiënte zat achter het stuur en zij geraakte, terwijl zij papieren schikte op…

Auteursinformatie

Sint Joseph Ziekenhuis, afd. Verloskunde en Gynaecologie, Postbus 988, 5600 ML Eindhoven.

P.J.Q.van der Linden, assistent-geneeskundige; dr.M.A.H.M.Wiegerinck, gynaecoloog.

Contact P.J.Q.van der Linden

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Nijmegen, juni 1989,

De collegae Van der Linden en Wiegerinck vermelden in hun klinische les dat in geval van stomp buiktrauma bij de zwangere een rhesus(D)bloedgroepbepaling en Kleihauer-Betke-test verricht dienen te worden (1989;1153-5). Als aanvulling zou ik nog het daarbij te voeren beleid willen noemen.

Bij kwantificering van de Kleihauer-Betke-test kan berekend worden hoeveel milliliter foetaal bloed bij de moeder is terechtgekomen. Per ml foetaal bloed dient 10 microgram rhesus(D)immunoprofylaxe aan de moeder te worden toegediend. Er zijn ampullen van 75 en 200 microgram beschikbaar. Tevens dienen deze patiënten in een volgende zwangerschap meermaals op rhesus(D)antistoffen gecontroleerd te worden, omdat zij – ondanks correct gebruik van immunoprofylaxe – een groter risico lopen op het ontwikkelen van rhesus(D)antagonisme.

B.A. van Dijk

Rotterdam, juni 1989,

De klinische les van Van der Linden en Wiegerinck propageert op prijzenswaardige wijze het dragen van de autogordel, ook door de zwangere (1989;1153-6). Eén advies echter kan, wanneer opgevolgd, zeer ernstige gevolgen hebben. Het dragen van een driepuntsgordel als diagonale schoudergordel, waarbij het heupgedeelte niet wordt gebruikt, moet ten zeerste worden afgeraden. De tweepuntsschoudergordel die dan ontstaat, is al jaren uit de markt verdwenen, en met goede redenen. Een schoudergordel beschermt tijdens een botsing namelijk niet tegen het uit de auto geslingerd worden; indien dit gebeurt, dan kan men met het hoofd achter de riem blijven haken waarop zeer ernstig letsel kan volgen. Verscheidene gevallen van decapitatie zijn hierbij beschreven! Deze gang van zaken is uitgebreid behandeld in de proceedings van de ‘International Research Committee on the Biomechanics of Impacts’ (IRCOBI).

Het is belangrijk dat zwangeren worden gestimuleerd tot het dragen van de autogordel; er is echter maar één manier om een driepuntsgordel te dragen, en dat is de goede. Wie dit niet comfortabel vindt, doet er beter aan zich met het openbaar vervoer te verplaatsen.

F.J. Bot
P.J.Q.
van der Linden

Eindhoven, juni 1989,

Wij danken collega Van Dijk voor zijn waardevolle aanvulling. Collega Bot onderstreept nogmaals het belang van het correct dragen van de driepuntsgordel; ook door zwangere vrouwen. Het aangehaalde additionele risico van het dragen van alleen de schoudergordel dient zeker in overweging genomen te worden. Wij volgden in ons advies de aanbevelingen van Fakhoury en Gibson.1 De in deze vorm geciteerde proceedings van de International Research Committee on the Biomechanics of Impacts, waren voor ons niet toegankelijk.

P.J.Q. van der Linden
M.A.H.M. Wiegerinck
Literatuur
  1. Fakhoury GW, Gibson JRM. Seat belt hazards in pregnancy. Case report. Br J Obstet Gynaecol 1986; 93: 395-6.