Het opsporen van mogelijke patiënten met chronisch obstructieve longziekte onder rokers in de huisartspraktijk; een dwarsdoorsnedeonderzoek

To investigate the effectiveness of case finding subjects with a high risk for COPD and determining the required investments in terms of time and money.

Design

Cross-sectional.

Method

In two semi-rural general practices in the south east of The Netherlands, 651 randomly selected persons aged 35-69 years were investigated. Smokers among these subjects who were not on pulmonary medication were asked to complete a short standardised questionnaire on bronchial symptoms. Lung function was assessed by trained practice assistants using a mobile spirometer. The costs in terms of time and money were determined.

Results

Of the 201 smokers without pulmonary medication (124 women and 77 men; mean age 46.7 years) 169 produced an assessable flow-volume curve. Of these 169 persons, 30 (18; 95-CI: 12-24) had an FEV₁ < 80. Of the 64 smokers who reported ‘chronic coughing’, 17 (27; 95-CI: 16-39) had an FEV₁ < 80. Other symptoms did not have a higher predictive value. The percentage of patients with FEV₁ < 80 was higher in higher age groups. The mean time needed by practice assistants for spirometry was 4 minutes. The direct costs were € 5.00 to € 10.00 per detected smoker with an FEV₁ < 80.

Conclusion

Case finding of smokers with an FEV₁ < 80 in general practices could be performed by trained practice assistants. Coughing and higher age were the most important risk indicators.

Samenvatting

Doel

Nagaan van de doelmatigheid van opsporing van personen met een verhoogd risico op COPD en bepalen van de vereiste investering in tijd en geld.

Opzet

Dwarsdoorsnedeonderzoek.

Methode

In 2 semi-plattelandshuisartspraktijken in Zuidoost-Nederland werden 651 willekeurig geselecteerde personen van 35-69 jaar onderzocht. Rokers die geen medicijnen voor longaandoeningen gebruikten, werd gevraagd een korte klachtenvragenlijst in te vullen. De longfunctie werd door getrainde praktijkassistenten gemeten met behulp van een mobiele spirometer. De kosten in termen van tijd en geld werden bepaald.

Resultaten

Van de 201 rokers zonder longmedicatie (124 vrouwen en 77 mannen; gemiddeld 46,7 jaar) bliezen er 169 een te beoordelen stroom-volumecurve. Van deze 169 personen hadden er 30 (18; 95-BI: 12-24) een FEV₁ < 80. Van de 64 rokers die ‘chronisch hoesten’ rapporteerden, hadden er 17 (27; 95-BI: 16-39) een FEV₁ < 80. Andere klachten hadden geen hogere voorspellende waarde. De kans op FEV₁ < 80 was groter in hogere leeftijdsgroepen. Gemiddeld nam een longfunctiemeting 4 min tijd van de praktijkassistenten. De directe kosten bedroegen € 5,– tot € 10,– per opgespoorde roker met een FEV₁ < 80.

Conclusies

De opsporing van rokers met een FEV₁ < 80 in de huisartspraktijk kon worden uitgevoerd door hiertoe opgeleide praktijkassistenten. Hoesten en een hogere leeftijd waren de belangrijkste risico-indicatoren.