Het 2e congres van de European Society of Contraception, Athene 6-9 mei 1992

W.L. Gianotten
C.A. ten Hoope
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1992;136:2191-3

Zie ook de artikelen op bl.2159 en 2184.

Het 2e congres van de European Society of Contraception (ESC) vond in mei 1992 plaats in Athene. Ruim 400 deelnemers bezochten dit congres. Hoewel de ESC opgericht is voor de 12 EEG-landen, kwamen ook velen uit de andere Europese landen. Opvallend was de grote belangstelling uit de voormalige Oostblok-landen, met ruim 60 deelnemers.

Met trots, en soms bijna met gêne, ervoeren de Nederlandse deelnemers de grote verschillen met de andere landen. Onze verworvenheden op het gebied van anticonceptie maken vele anderen jaloers. Nederland scoort met jaarlijks circa 30.000 onbedoeldeongewenste zwangerschappen zeer gunstig. Dat is slechts circa 15 van alle zwangerschappen. Ruim de helft hiervan eindigt in een abortus.1 Ons land heeft dan ook met 4,8 abortussen per 1000 zogenaamde ‘vruchtbare-vrouwjaren’ het laagste abortuscijfer ter wereld en met 9 zwangerschappen per 1000 15-19-jarigen het laagste aantal tienerzwangerschappen ter wereld.2

Auteursinformatie

Stimezo Kliniek, Jan van Schoonvorststraat 22, 5611 PK Eindhoven.

W.L.Gianotten.

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, afd. Gynaecologie, Rotterdam.

C.A.ten Hoope, gynaecoloog.

Contact W.L.Gianotten

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Amsterdam, november 1992,

Het congresverslag van de collegae Gianotten en Ten Hoope bevat belangrijke gegevens, met name voor vrouwen (1992;2191-3).

Volgens het verslag wordt de kans op borstkanker groter naarmate er een langere totale tijdsduur is van proliferatie van klierbuisepitheel in de luteale fase van de menstruele cyclus. Uit deze vaststelling concludeer ik dat hoe langer de totale duur van de menstruatieperiode is, hoe groter de kans op borstkanker wordt. Volgens het verslag is de kans echter alleen groter bij een vroege menarche, maar niet bij een late menopauze; immers, er staat dat het risico 2 maal zo groot is als de menopauze optreedt in de periode 40-45 jaar, ten opzichte van een menopauze optredend tussen 55-59 jaar.

Logisch is dit niet, bovendien logenstraft de literatuur dit.1 Of betreft het hier een schrijffout? Ongecorrigeerd zou dat aanleiding kunnen geven tot foute citaten.

R. Kaas
Literatuur
  1. Russchen CJ. Oestrogeensubstitutie na de menopauze en het risico van borstkanker; het belang van endogene risicofactoren. [LITREF JAARGANG="1992" PAGINA="1337-9"]Ned Tijdschr Geneeskd 1992; 136: 1337-9.[/LITREF]

W.L.
Gianotten

Eindhoven, december 1992,

Het betreft hier inderdaad een schrijffout, waarvoor onze excuses. Naarmate de menopauze later optreedt, neemt inderdaad de kans op mammacarcinoom toe. Bij een menopauze tussen 55-59 jaar is deze kans 2 maal zo groot als wanneer de menopauze optreedt tussen 40-44 jaar.

W.L. Gianotten