Een valkuil in de behandeling van hypothyreoïdie

Klinische praktijk
Christel C.A. van Moll
Christopher R. Susanto
Petri M. Kox-van Gastel
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2015;159:A9064
Abstract

Dames en Heren,

De incidentie van hypothyreoïdie in de huisartsenpraktijk is 120-170 per 100.000 patiënten per jaar.1 Patiënten met deze schildklierfunctiestoornis kunnen door zowel huisartsen als internisten worden behandeld. De behandeling bestaat voornamelijk uit substitutietherapie met levothyroxine. Wanneer de behoefte van een patiënt aan levothyroxine enorm toeneemt, is het de vraag waardoor dit wordt veroorzaakt. In deze klinische les beschrijven we een mogelijke valkuil in de behandeling van patiënten met hypothyreoïdie.

Patiënt A, een 45-jarige man, komt op de polikliniek Interne Geneeskunde voor een reguliere controle van zijn hypothyreoïdie. Het blijkt dat zijn dosering levothyroxine in de loop van de tijd steeds verder moet worden verhoogd. De voorgeschiedenis van patiënt vermeldt vitiligo, migraine en een huidtransplantatie na een verbranding.

Initieel was de TSH-concentratie van patiënt > 100 mU/l (referentiewaarde: 0,25-3,10) met een concentratie van vrij thyroxine (T4) van 4,0 pmol/l (referentiewaarde: 7,2-14,0). Hij kreeg toen een behandeling…

Auteursinformatie

Elkerliek Ziekenhuis, afd. Interne Geneeskunde, Helmond.

Drs. C.C.A. van Moll, anios interne geneeskunde (thans: aios interne geneeskunde, TweeSteden ziekenhuis, Tilburg); drs. C.R. Susanto, internist-nefroloog; drs. P.M. Kox-van Gastel, internist-endocrinoloog.

Contact drs. C.C.A. van Moll (c.van.moll@tsz.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: geen gemeld.

Auteur Belangenverstrengeling
Christel C.A. van Moll ICMJE-formulier
Christopher R. Susanto ICMJE-formulier
Petri M. Kox-van Gastel ICMJE-formulier
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties