Sporten levert een positieve bijdrage aan onze gezondheid en dit geldt zeker ook voor wielrennen. Wielrennen bevordert de gezondheid en heeft een gunstig effect op cardiovasculaire risicofactoren.1 De sport wordt in ons land op grote schaal en op alle niveaus van intensiteit beoefend. Maar liefst 6,3% van de bevolking ouder dan 18 jaar (849.000 individuen) staat te boek als wielrenner, dat wil zeggen: doet ten minste 12 keer per jaar aan wielrennen of mountainbiken (bron).
Samenvatting
- Hoewel wielrennen kan bijdragen aan de gezondheid en de cardiovasculaire fitheid kan bevorderen, heeft het geen gunstig effect op de botstatus; bij professionele wielrenners is zelfs sprake van een afname van de botmineraaldichtheid (BMD) aan het einde van een intensief seizoen.
- Met het vorderen van de wielercarrière neemt de BMD van met name de heup en de lumbale wervelkolom verder af.
- De voorovergebogen houding, de herhaalde beweging met een lage intensiteit en het lichaamsgewicht dat gedragen wordt door de fiets dragen niet bij aan een stimulatie van de botvorming; het lage lichaamsgewicht, dat vooral door klimmers nagestreefd wordt, en mogelijk ook het voedingspatroon kunnen dit negatieve effect versterken.
- Om het risico op fracturen tijdens maar ook na de wielercarrière te verkleinen, is meer aandacht voor versterking van het bot wenselijk.
- De effectiviteit van trainingsprogramma’s om het bot te versterken, moet in goed opgezet onderzoek worden onderzocht.
Reacties