Borstsparende behandeling bij patiënten met mammacarcinoom stadium I en II

Klinische praktijk
H. Bartelink
J.A. van Dongen
J.L. Peterse
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1988;132:1326-30
Abstract

Samenvatting

In de periode 1979 tot 1984 werd in het Nederlands Kanker Instituut borstsparende behandeling toegepast bij 585 patiënten met een mammacarcinoom stadium I of II. Met deze therapie werd een hoog percentage lokoregionale genezing bereikt, waarbij het actuarieel berekende 6-jaarsrecidiefpercentage in de mamma en oksel, als eerste teken van tumorrecidivering, 2 bedroeg. Een primair falen van de behandeling zich uitend als recidief in de mamma werd tot dusver waargenomen bij 9 patiënten: 7 patiënten kregen een recidief in de oksel.

De belangrijkste grootheid die verband hield met een recidief in de borst was de aanwezigheid van een uitgebreide ductale carcinoma in situ-component in en rondom de infiltrerende tumor. De grootte van de tumor en de radicaliteit van de excisie bleken in veel mindere mate met recidivering in de mamma samen te hangen. De 6-jaarsoverlevingspercentages waren voor stadium I en II respectievelijk 92 en 85.

Met het bereiken van deze gunstige resultaten moet de borstsparende behandeling ook toegankelijk worden geacht voor de grote groep patiënten met een mammacarcinoom met een grootte van 2 tot 5 cm (stadium II).

Auteursinformatie

Het Nederlands Kanker InstituutAntoni van Leeuwenhoek Huis, Plesmanlaan 121, 1066 CX Amsterdam.

Dr.H.Bartelink, radiotherapeut; prof.dr.J.A.van Dongen, chirurg; J.L.Peterse, patholoog-anatoom.

Contact dr.S.G.Th.Hulst, klinisch directeur

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties