artikel
Bijsluiters van serotonineheropnameremmers, ofwel SSRI’s, zijn aan herziening toe. Dit stelt apotheker Jeroen Derijks die 11 november in Utrecht promoveerde op onderzoek naar de invloed van antidepressiva op het glucosemetabolisme. De ziekenhuisapotheker heeft ook een juridische achtergrond en dat leidt tot een interessante stellingname. Derijks vindt dat zijn bevindingen concrete consequenties moeten hebben uit oogpunt van ‘goed zorgverlenerschap’, maar ook vanwege productaansprakelijkheid. Waar dat nog niet het geval is, dient de bijsluitertekst van alle antidepressiva melding te maken van de mogelijkheid van invloed (ontregeling) op een bestaande diabetes mellitus. Het is een duidelijke bijwerking, zegt de apotheker. Als voorbeeld van een onvolledige bijsluitertekst noemt hij fluvoxamine, dat al vanaf 1985 op de markt is. Wat heeft Derijks aannemelijk kunnen maken? De vanaf de zeventiger jaren gepubliceerde case reports over metabole effecten bij diabetespatiënten die met antidepressiva behandeld worden hebben een degelijke farmacologische basis.
De diverse antidepressiva onderscheidt hij aan de hand van een zelf uitgewerkt model dat gebaseerd is op de individuele bindingseigenschappen aan receptoren en transporters. Daaruit blijkt dat het gebruik van SSRI’s vaak een daling in de insulinebehoefte geeft. De invloed daarvan op het glucosemetabolisme blijkt bi-directioneel omdat zowel hypo- als hyperverschijnselen kunnen optreden als groepskarakteristiek. Onderzoek in databases onderstreept dat klinisch relevante hypoglycemieën trendmatig vaker worden gezien bij gebuik van SSRI’s. Mogelijk dat de keuze voor een specifiek antidepressivum in de toekomst nog meer door persoonsgebonden kenmerken bepaald zal kunnen worden. Toekomstig farmacogenetisch onderzoek zal dat moeten uitwijzen. (Bijdrage: Jan Taco te Gussinklo.)
Reacties