De ‘Stop or Go’-studie

Afbouwen van antidepressiva in de zwangerschap

Onderzoek
M.P. Lambregtse-van den Berg
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2015;159:A9276
Download PDF

Dit artikel besteedt aandacht aan recent gestart klinisch multicentrisch onderzoek in Nederland.

artikel

Achtergrond en het waarom van de studie

Ongeveer 2% van de Nederlandse vrouwen gebruikt selectieve serotonineheropnameremmers (SSRI’s) tijdens de zwangerschap vanwege depressie of angstklachten. Dat zijn circa 4000 vrouwen per jaar. Het gebruik van SSRI’s tijdens de zwangerschap is controversieel. Enerzijds zijn er aanwijzingen voor ongunstige effecten op het ongeboren kind, anderzijds kunnen door het stoppen van de medicatie de depressieve klachten van de moeder terugkeren, met schadelijke gevolgen voor moeder en kind. Een multidisciplinaire richtlijn adviseert om SSRI’s tijdens de zwangerschap te blijven gebruiken, bij gebrek aan goed onderzochte alternatieven.1 Maar in de praktijk wordt medicatie regelmatig gestaakt, afhankelijk van de voorkeur van de zorgverlener of de zwangere vrouw. De vraag is welke van beide opties uiteindelijk beter is, voor zowel moeder als kind.

Vraagstelling

Is een terugvalpreventietraining in combinatie met het begeleid afbouwen van antidepressiva tijdens de zwangerschap ten minste even veilig als het continueren van antidepressiva, voor zowel de moeder als het kind?

Opzet van het onderzoek

De ‘Stop or Go’-studie is een multidisciplinaire, pragmatische, landelijke, gerandomiseerde, non-inferioriteitsstudie die geregistreerd staat in het Nederlands Trial Register (NTR4694) en is gefinancierd door ZonMw. Werving van proefpersonen vindt plaats via verloskundigen en gynaecologen uit heel Nederland. Momenteel zijn 17 ziekenhuizen en 24 verloskundigenpraktijken betrokken bij de werving van de zwangere vrouwen.

Voor de studie zoeken wij 200 zwangere vrouwen met een zwangerschapsduur korter dan 16 weken en die een SSRI gebruiken. Vrouwen met een huidige depressie, een meerlingzwangerschap of ernstige medische of psychiatrische aandoeningen kunnen niet meedoen. De deelnemende vrouwen worden gerandomiseerd tussen de ‘stop’-groep, waarbij ze terugvalpreventietraining krijgen met afbouw van de SSRI, of de ‘go’-groep, waarbij de vrouwen de SSRI continueren.

De primaire uitkomstmaat is het risico op terugval van depressie tijdens de zwangerschap of in de eerste 3 maanden na de bevalling, en wordt beoordeeld met een gestructureerd psychiatrisch interview. Secundaire uitkomstmaten zijn onder andere de gezondheidstoestand van het kind bij de geboorte, de neurologische ontwikkeling van het kind na 3 maanden (‘General movements’), het gedrag van het kind na 18 maanden (‘Child behaviour checklist’) en de doelmatigheid van de therapie.

Te verwachten resultaten en implementatie

We verwachten dat terugvalpreventietraining in combinatie met het afbouwen van SSRI’s ten minste even veilig is als het continueren van SSRI’s tijdens de zwangerschap. Resultaten van de studie worden teruggekoppeld aan gynaecologen, verloskundigen, psychiaters, huisartsen, psychologen en andere betrokken professionals en zullen de vernieuwde richtlijn bepalen.

Aanmelden

Om dit onderzoek te laten slagen, zoeken wij andere ziekenhuizen en praktijken die willen deelnemen. Aanmelden voor deze studie kan via de website www.stoporgostudie.nl of via het e-mailadres stoporgo@erasmusmc.nl. Meer informatie over de studie is te vinden op de website, via Twitter (@stoporgostudie) of via Facebook (www.facebook.com/stoporgostudie).

Literatuur
  1. Richtlijn: SSRI-gebruik in de zwangerschap en tijdens de lactatie. Utrecht: Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie; 2012.

Auteursinformatie

* Mede namens de onderzoekers van wie de namen aan het eind van dit artikel staan vermeld.

Erasmus MC, afd. Psychiatrie, Rotterdam.

Contact Dr. M.P. Lambregtse-van den Berg, psychiater (mijke.vandenberg@erasmusmc.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning voor dit artikel: de onderzoekers ontvingen een subsidie van ZonMw (projectnummer: 836021011).

Verantwoording

De overige onderzoekers zijn: drs. N.M. Molenaar en prof.dr. G.J. Bonsel (beiden Erasmus MC, Rotterdam); M.E. Brouwer, MSc en prof.dr. C.L.H. Bockting (beiden Universiteit Utrecht); dr. H. Burger (UMCG, Groningen).

Auteur Belangenverstrengeling
M.P. Lambregtse-van den Berg ICMJE-formulier
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties