Niet-verhoogde BSE, maar toch amyloïdose

Klinische praktijk
Sanne M. Kuipers
Lodewijk de Groot
Tjeerd R. Zijlstra
Nils C. Köster
A. Egon van der Bijl
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2017;161:D922
Abstract

Samenvatting

Achtergrond

Amyloïdose is een ziektebeeld dat ontstaat door extracellulaire afzetting van onoplosbare en niet-afbreekbare eiwitten. Afhankelijk van het soort eiwit en het orgaan dat is aangedaan, kan amyloïdose op diverse manieren tot uiting komen.

Casus

Een 65-jarige vrouw had stijfheid van het bewegingsapparaat, recidiverend carpale-tunnelsyndroom en slikklachten. Bij laboratorium- en urineonderzoek werden aanvankelijk geen afwijkingen gevonden, maar histopathologisch onderzoek van een synoviumbiopt toonde amyloïdose met deposities van lichte ketens. Dit bleek te berusten op multipel myeloom.

Conclusie

Amyloïdose kan aspecifieke klachten geven, zoals stijfheid van het bewegingsapparaat. Een niet-afwijkende BSE en niet-afwijkend urineonderzoek sluiten deze diagnose niet uit. Bij klinische aanwijzingen voor amyloïdose moet daarom ook bij een niet-afwijkende BSE bepaling van vrije lichte ketens worden overwogen.

Auteursinformatie

Isala Klinieken, Zwolle.

Afd. Reumatologie: drs. S.M. Kuipers, aios reumatologie (thans: UMCG, afd. Reumatologie en Klinische Immunologie, Groningen); dr. L. de Groot, dr. T.R. Zijlstra en dr. A.E. van der Bijl, reumatologen.

Afd. Pathologie en Mortuarium: drs. N.C. Köster, patholoog.

Contact drs. S.M. Kuipers (s.m.kuipers@umcg.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: geen gemeld.

Auteur Belangenverstrengeling
Sanne M. Kuipers ICMJE-formulier
Lodewijk de Groot ICMJE-formulier
Tjeerd R. Zijlstra ICMJE-formulier
Nils C. Köster ICMJE-formulier
A. Egon van der Bijl ICMJE-formulier
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Hein
Bernelot Moens

Dit is een leerzame klinische les en illustreert dat de BSE ons in de steek kan laten. Maar in de les mis ik informatie over methode waarmee de BSE werd bepaald. In veel laboratoria wordt de Alifax methode gebruikt. Deze is minder gevoelig voor de "eiwit"-bezinking, en dat kan tot grote verschillen leiden. Een voorbeeld beschreef ik vorig jaar in een klinische les over reuscel arteriitis. Mijn vraag is: met welke methode werd de BSE bepaald?