Een thematische wetsevaluatie

Wilsonbekwaamheid en vertegenwoordiging

Onderzoek
Heinrich B. Winter
Nicolette O.M. Woestenburg
Charlotte P.M. Akerboom
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156:A4467
Abstract

Samenvatting

Doel

Nagaan hoe wetten over wilsonbekwaamheid en vertegenwoordiging in onderlinge verhouding tot elkaar liggen en hoe in de praktijk met deze onderwerpen wordt omgegaan.

Opzet

Gestructureerde interviews.

Methode

We namen een vragenlijst af bij hulpverleners en vertegenwoordigers in 4 sectoren: de zorg voor verstandelijk beperkten, verpleeghuiszorg, psychiatrie en de intensive care. De thema’s die hierbij aan de orde kwamen waren: wilsonbekwaamheid, vroegere wilsuitingen, vertegenwoordiging, verzet, beklag en conflictoplossing. Ter verdieping van de onderzoeksresultaten legden we deze voor aan focusgroepen in 3 sectoren. We ontvingen schriftelijke reacties van enkele experts uit de sector intensive care.

Resultaten

De meeste hulpverleners hadden als uitgangspunt dat aan wilsbekwaamheid hogere eisen moeten worden gesteld naarmate de behandeling ingrijpender is. Onder hulpverleners heerste onbekendheid met de taken en bevoegdheden van een vertegenwoordiger. Hierdoor ontstond soms een spanningsveld wanneer de mening van de vertegenwoordiger afweek van die van de hulpverlener. Opvallend was dat vertegenwoordigers van patiënten op de intensive care zich het vaakst goed geïnformeerd voelden. Op de intensive care is weliswaar sprake van intensief overleg met de familie of vertegenwoordiger maar nauwelijks van meebeslissen.

Conclusie

Onder hulpverleners bestaat nog veel onduidelijkheid over wilsonbekwaamheid en vertegenwoordiging. Volgens de wetgeving staat het reconstrueren van de wil van de patiënt of cliënt centraal. Om dit te bereiken moeten vertegenwoordigers worden betrokken bij wilsonbekwaamheidsbeslissingen en bij keuzes over behandeling, verzorging en onderzoek. Daarnaast speelt de schriftelijke wilsverklaring een belangrijke rol. Dit onderzoek heeft geleid tot aanbevelingen over wetgeving, zelfregulering en de praktijk.

Auteursinformatie

Rijksuniversiteit Groningen, vakgroep Bestuursrecht en Bestuurskunde, Groningen.

Pro Facto, Groningen.

Mr. N.O.M. Woestenburg en mr. C.P.M. Akerboom, onderzoekers.

Contact mr. N.O.M. Woestenburg (woestenburg@pro-facto.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: er is een financiële vergoeding gemeld (zie www.ntvg.nl, zoeken op A4467; klik op ‘Belangenverstrengeling’). Financiële ondersteuning voor dit artikel: de auteurs ontvingen een onderzoekssubsidie van ZonMw.
Aanvaard op 27 juli 2012

Auteur Belangenverstrengeling
Heinrich B. Winter ICMJE-formulier
Nicolette O.M. Woestenburg ICMJE-formulier
Charlotte P.M. Akerboom ICMJE-formulier
De eenvoud van wetgeving en de weerbarstige praktijk
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties