Wie overleeft een ernstig ongeval?

Klinische praktijk
H.H.M. de Boer
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1988;132:1561-3

Zie ook het artikel op bl. 1587.

‘Trauma is a sudden unanticipated interruption of life's routine.’1

Dames en Heren,

Als gevolg van letsels sterven jaarlijks in Nederland ongeveer 6.000 personen. Daarmee komen ongevallen (inclusief suïcide) als derde in de rij van doodsoorzaken te staan na kanker en hart- en vaatziekten. Sterfte als gevolg van ongevallen – waaronder suïcide – is de belangrijkste doodsoorzaak onder de 35 jaar, waardoor het aantal verloren te verwachten levensjaren in de V.S. door ongevallen groter is dan het aantal verloren te verwachten levensjaren van kanker en hart- en vaatziekten te zamen.2 Het aantal verloren te verwachten levensjaren is in de eerste gecombineerde groep aandoeningen 3,8 miljoen jaar en in de traumagroep 4,1 miljoen jaar.34 Voor Nederland geldt dit niet voor het aantal verloren te verwachten levensjaren, doch wel voor het verlies van het aantal te verwachten jaren waarin de getroffene nog…

Auteursinformatie

St. Radboudziekenhuis, afd. Algemene Heelkunde, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen.

Prof.dr.H.H.M.de Boer, chirurg.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Haarlem, november 1988,

Aan leverletsels na een ernstig ongeval wordt in de klinische les van collega De Boer uitgebreid aandacht besteed (1988;1561). Enkele aanvullende opmerkingen zijn wellicht zinvol.

Volgens de nieuwste opvattingen, zoals die verwoord werden tijdens recente congressen over afwijkingen van lever, galwegen en pancreas te San Francisco (1987), te Amsterdam (1988) en te Nice (1988), heeft zich geleidelijk een overzichtelijk behandelingspatroon van uitgebreide, diepe en retrohepatische leverletsels gevormd. Indicatie tot operatie is uitsluitend het klinische beeld van een zich voortzettende, grote bloeding in de lever. De operatie moet uitgevoerd worden door twee chirurgen. Er moet gezorgd worden voor een ruim operatieveld door middel van mediane laparotomie, die zo nodig uitgebreid moet worden met een laterale thoracotomie rechts. Tamponneren met compressie van de lever, zo nodig gecombineerd met afklemmen van het ligamentum hepatoduodenale (manoeuvre volgens Pringle), stopt de bloeding. Vervolgens moet met de hulp van de anesthesist resuscitatie en hemodynamische stabilisatie van de patiënt plaatsvinden en moet eventueel meer hulp (alsnog een tweede chirurg) worden gevraagd.

Na hemodynamische stabilisatie van de patiënt is het nodig te zorgen voor afklemmen van de afferente bloedtoevoer of stoppen van de totale bloedvoorziening van de lever (afklemmen tot 60 min. van de infrahepatische en intrapericardiale V. cava),1 om vervolgens met de vingers leverletsels te inspecteren, selectief ligaturen aan te leggen, retro- of suprahepatisch afgescheurde venen te hechten en niet-vitaal weefsel te verwijderen.2 Ten slotte moeten de resterende laceraties met een omentumplastiek worden behandeld.

Als met tamponnering en na resuscitatie de hemodynamische toestand van de patiënt stabiel blijft, kan de buikwand gesloten worden over de getamponneerde lever heen. Na 1 tot 3 dagen moet de wond opnieuw geopend en geïnspecteerd worden. Blijkt echter dat de bloeding doorgaat, dan is eerder een spoedoperatie noodzakelijk om rond de lever tampons aan te brengen in geval van verbruikscoagulopathie of om de leverletsels nog eens te inspecteren in geval van bloeding. Het gebruiken van shunts in de V. cava en (partiële) leverresectie zijn enigszins op de achtergrond geraakte behandelingswijzen.

E.J. Boerma
Literatuur
  1. Heany JP, Stanton WK, Halbert DS, et al. An improved technic for vascular isolation of the liver: experimental study and case reports. Ann Surg 1966; 163: 237-41.

  2. Pachter HL, Spencer FC, Hofstetter SR, et al. Experience with the finger fracture technique to achieve intrahepatic haemostasis in 75 patients with severe injuries of the liver. Ann Surg 1983; 197: 771-8.

Nijmegen, november 1988,

De aanvullende opmerkingen van collega Boerma zijn volstrekt juist. Ze zijn echter ook vaktechnisch en om die reden uit de klinische les weggelaten. De strekking van de les was: laten wij er gezamenlijk zorg voor dragen dat de opvang en de behandeling van de ernstig verwonde patiënt zo optimaal mogelijk geschieden. Waarbij van belang is, dat alleen goed opgeleid personeel kan beoordelen wanneer er sprake is van een ernstig trauma. Indien de patiënt naar een centrum wordt vervoerd waar voldoende deskundigheid aanwezig is, zal de behandeling ook optimaal kunnen geschieden. In die centra worden dergelijke patiënten door twee of meer chirurgen of door chirurgische teams behandeld.

Uiteraard moeten in de buik achtergelaten tampons 36 tot maximaal 72 uur later weer verwijderd worden; vandaar de opmerking in de klinische les ‘zij het dan ook dat dit slechts een tijdelijke oplossing is’.

H.H.M. de Boer