Werveldeformaties en botdichtheid bij ouderen; het ERGO-onderzoek

Onderzoek
H. Burger
P.L.A. van Daele
A. Hofman
H.E. Schütte
J.C. Birkenhäger
H.A.P. Pols
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1995;139:2092-6
Abstract

Samenvatting

Doel

Het vaststellen van de prevalentie van werveldeformaties bij mannen en vrouwen van 55 jaar en ouder.

Opzet

Dwarsdoorsnedeonderzoek.

Plaats

De wijk Ommoord te Rotterdam.

Methode

Bij een steekproef van 750 mannen en 750 vrouwen uit het ‘Erasmus Rotterdam gezondheid en ouderen’ (ERGO)-onderzoek werden dwarse röntgenopnamen van de wervelkolom gemaakt voor het vaststellen van wervelinzakkingen; vervolgens werd morfometrie van de wervels verricht. Op basis van de resultaten van de morfometrie werden graad 1- en graad 2-deformaties vastgesteld. De gehele wervelkolom werd geclassificeerd als ‘normaal’ (geen deformaties), ‘matige deformatie’ (uitsluitend graad 1-deformaties) of ‘ernstige deformatie’ (≥ 1 graad 2-deformaties). De botmineraaldichtheid (BMD) in de femurhals werd gemeten met ‘dual energy X-ray absorptiometry’.

Resultaten

De prevalentie van matige en ernstige deformaties tezamen bedroeg na correctie voor de leeftijdsopbouw van de Nederlandse bevolking (1 januari 1994) bij mannen naar schatting 18 (12 matig en 6 ernstig) en bij vrouwen 22 (11 matig en 11 ernstig). De prevalentie van deformaties was groter, naarmate de leeftijd hoger was, vooral van ernstige deformaties bij vrouwen ouder dan 70 jaar. De BMD was lager naarmate de ernst van de deformaties toenam. Bij ernstige deformatie van de wervelkolom was de BMD bij mannen en vrouwen respectievelijk 4 en 6 verlaagd.

Conclusie

Werveldeformaties komen in de algemene bevolking zeer frequent voor, het meest in de hoogste leeftijdscategorieën. Er was een verband met afname van de botmineraaldichtheid. Gezien de voortschrijdende veroudering van de bevolking is het waarschijnlijk dat werveldeformaties steeds vaker zullen voorkomen.

Auteursinformatie

Erasmus Universiteit, Instituut Epidemiologie en Biostatistiek, Rotterdam.

H.Burger (tevens: Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, afd. Radiodiagnostiek en Inwendige Geneeskunde III, Rotterdam); P.L.A. van Daele (tevens: Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, afd. Inwendige Geneeskunde III, Rotterdam); prof.dr.A.Hofman, neuroloog; dr.H.A.P.Pols (tevens: Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, afd. Inwendige Geneeskunde III, Postbus 1738, 3000 DR Rotterdam), internist.

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, Rotterdam.

Afd. Radiodiagnostiek: prof.dr.H.E.Schütte, radiodiagnost.

Afd. Inwendige Geneeskunde III: prof.dr.J.C.Birkenhäger, internist.

Contact dr.H.A.P.Pols

Verantwoording

Namens de ERGO-onderzoeksgroep, verder bestaande uit: J.G.van der Bom, dr.M.L.Bots, ir.J.H.den Breeijen, mw.dr.M.M.B.Breteler, ing.A.M.de Bruijn, M.C.de Bruijne, dr.J.J.Claus, dr.I.Dielemans, dr.C.M.van Duijn, drs.J.M.Geleijnse, prof.dr.D.E.Grobbee, dr.A.W.Hoes, prof.dr.P.T.V.M.de Jong, mw.C.C.W.Klaver, C.E.D.H.de Laet, dr.L.J.Launer, ir.L.I.Mennen, A.Mosterd, mw.dr.E.Odding, A.Ott, H.Pleumeekers, R.S.Ramrattan, ir.C.T.M.van Rossum, M.C.de Rijk, dr.R.P.Stolk, dr.J.R.Vingerling, M.C.Visser, dr.J.C.M.Witteman, R.C.W.Wolfs.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties