De golden oldies van de psychiatrie

Iris Sommer
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2015;159:B1191

Iris Sommeris hoogleraar psychiatrie bij het UMC Utrecht. Zij is hoofd van de polikliniek Stemmen en doet onderzoek naar psychotische stoornissen. Ze is lid van De Jonge Akademie, onderdeel van de KNAW, en voorzitter van de Wetenschapscommissie van de Vereniging voor Psychiatrie (i.sommer@umcutrecht.nl).

artikel

Erg leuk om een groep enthousiaste collega’s een klinische training te geven over clozapine voor patiënten met schizofrenie. Clozapine werd al in 1958 ontwikkeld en kwam in 1960 in Europa op de markt. Nadat een aantal patiënten overleed door agranulocytose werd het van de markt gehaald. In de jaren 80 werd het middel met toegevoegde leukocytencontrole echter opnieuw geregistreerd, omdat het aanmerkelijk effectiever was voor patiënten met een therapieresistente psychose. Clozapine is nog steeds het effectiefste antipsychoticum (effectgrootte: 0,88). Ondanks alle metabole bijwerkingen is de mortaliteit van patiënten die dit middel gebruiken lager dan die van patiënten die andere antipsychotica of geen medicatie nemen, zo blijkt uit populatiestudies. Andere belangrijke voordelen zijn de significant lagere suïcidecijfers, het gunstige effect op agressie en de vermindering van craving bij comorbide verslaving.

Een stuk minder leuk vond ik het om die middag te merken hoe artsen en verpleegkundig specialisten hun ideeën over medicatie door marketing laten bepalen. De laatste ‘ster’ aan het firmament voor de behandeling van patiënten met een psychose bij schizofrenie is lurasidon, dat met een schamele effectgrootte van 0,33 vergeleken met placebo het minst effectieve antipsychoticum is. Lurasidon is sinds kort geregistreerd voor patiënten met schizofrenie of een bipolaire stoornis en wordt actief gepromoot. Een soortgelijke marketing vond enige tijd geleden plaats voor quetiapine, wat er nu toe geleid heeft dat 1 op de 3 patiënten die in behandeling zijn bij een ggz-instelling dit middel gebruikt. Ook dat middel heeft een bescheiden effectgrootte van 0,44 en wordt op dit moment niet alleen ingezet als antipsychoticum, maar ook als stemmingsstabilisator, antidepressivum en zelfs als slaapmiddel. Het heeft bijna net zo veel metabole bijwerkingen als clozapine. Knap in de markt gezet, dat wel.

Ook voor een bipolaire stoornis bestaat een ‘golden oldie’, namelijk lithium, dat net als clozapine uiterst effectief en zowaar nog ouder is. Lithium werd in de Verenigde Staten al in 1870 succesvol ingezet bij patiënten met een bipolaire stoornis. In het begin van de 20e eeuw raakte lithium in onbruik, misschien omdat niemand winst kon maken op een ion dat niet te patenteren valt. Pas in de tweede helft van die eeuw werd lithium in Europa ingezet voor de behandeling van patiënten met een manie en later ook bij depressie. Patiënten met een bipolaire stoornis die lithium gebruiken hebben een significant lager risico op suïcide dan patiënten die andere middelen gebruiken. Bovendien komen agressieve incidenten minder vaak voor. Onlangs werd aangetoond dat wanneer patiënten met een bipolaire stoornis lithium gebruiken, dit een gunstig effect heeft op het hersenvolume, gemeten met een MRI-scan, vergeleken met andere medicijnen.

Gelukkig zijn er in Nederland ook mensen die juist wijzen op het nut van deze golden oldies, zoals de collega’s van de Clozapinepluswerkgroep.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties