Sulfonylureumpreparaten en hypoglykemie

Klinische praktijk
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1991;135:2296

VRAAG 12. Is er een wezenlijk verschil tussen de verschillende sulfonylureumpreparaten wat betreft ernst en frequentie van optreden van hypoglykemieën? Is er wat dit betreft een verschil tussen jongere en oudere patiënten?

ANTWOORD. Zowel uit een Zwitsers als uit een Zweeds onderzoek is gebleken dat de kans op het ontstaan van ernstige hypoglykemieën bij het gebruik van glibenclamide en van het inmiddels uit de handel genomen chloorpropamide aanzienlijk groter is dan bij andere sulfonylureumpreparaten.12 Vermoedelijk is glibenclamide gevaarlijker dan chloorpropamide, want van de 60 aan de Zweedse autoriteiten gemelde patiënten met door eerstgenoemd middel veroorzaakte hypoglykemie overleden er 10 tegen geen van de 14 patiënten die met chloorpropamide waren behandeld. De kans op het ontstaan van hypoglykemieën bij behandeling met orale middelen is met circa 1:50 echter aanzienlijk kleiner dan bij insulinebehandeling (circa 1:10).3 Stelt men het risico bij gebruik van chloorpropamide op een gemiddelde van 100…

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties