Artikel voor onderwijs en opleiding

Schouderklachten

Illustratie van een vrouw met een gepijnigd gezicht. Ze heeft haar hand op haar eigen schouder gelegd.
W. Jaap Willems
Ramon P.G. Ottenheijm
Babette M. Pluim
Peter Portegies
Diane van der Woude
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2022;166:D6848
Abstract

Dit nascholingsartikel is herzien. De herziene versie (D8374) is gecontroleerd op actualiteit en juistheid. Bij de herziene versie is een nieuwe nascholingstoets beschikbaar.

Op de hoogte blijven van nieuwe ’10-vragen-over’, compleet met geaccrediteerde toetsvragen?
⚡Schrijf je gratis in op een e-mail alert door het dossier Leerartikelen te volgen.⚡

Rectificatie

In figuur 3 bij dit artikel staat per abuis dat aandoeningen van het AC- of SC-gewricht bij het lichamelijk onderzoek worden gekenmerkt door ‘pijn bij palpatie en bij hoge of horizontale abductie’. Dat is onjuist. Er had moeten staan: ‘pijn bij palpatie en bij hoge abductie of horizontale adductie’. Hieronder staat de juiste figuur.

Figuur 3
Stroomdiagram diagnostiek bij schouderklachten
Figuur 3 | Stroomdiagram diagnostiek bij schouderklachten
Stappenplan voor de aanpak van de anamnese, lichamelijke diagnostiek en het beeldvormend onderzoek bij patiënten met schouderklachten. AC = acromioclaviculair; SC = sternoclaviculair. * In de tweede lijn of door een huisarts met expertise.† Indien geïndiceerd.‡ Echografie is kosteneffectiever dan een MRI-scan bij het vermoeden van een aandoening van de rotator cuff.

Toets voor nascholing (verlopen)

Aan dit leerartikel was een toets gekoppeld waarmee je nascholingspunten kon verdienen.

Bekijk de toets

Onder schouderklachten verstaan we pijn in het schoudergebied, met of zonder beperking van de bewegingsuitslag van de schouder. Het schoudergebied beslaat de schouder en bovenarm, inclusief het schouderblad; de basis van de nek vormt de bovengrens van dit gebied, de elleboog de ondergrens (figuur 1 en 2). Schouderklachten komen frequent voor; het betreft de twee na meest voorkomende klacht van het bewegingsapparaat. De incidentie in de huisartsenpraktijk is 35 episoden per 1000 persoonsjaren; de jaarlijkse prevalentie is 3,1%.1 In de algemene bevolking is de prevalentie hoger; slechts 40% van de patiënten met schouderklachten bezoekt de huisarts.1 Van alle patiënten die de huisarts bezoeken vanwege schouderklachten is 50% na 6 maanden genezen; na 1 jaar is dat 60%.

Het subacromiaal pijnsyndroom (SAPS) is verantwoordelijk voor 70-80% van de schouderklachten.1,2 De classificatie van schouderklachten is in de loop der jaren veranderd. Momenteel worden schouderklachten ingedeeld op basis van de…

Auteursinformatie

DC Expertise Centrum, Amsterdam: dr. W.J. Willems, orthopedisch chirurg. Universiteit Maastricht, Vakgroep Huisartsgeneeskunde, Maastricht: dr. R.P.G. Ottenheijm, huisarts. University of Pretoria, Faculty of Health Sciences, Section Sports Medicine, Pretoria, Zuid-Afrika: prof.dr. B.M. Pluim, sportarts (tevens: Amsterdam UMC, IOC Research Center, Amsterdam Collaboration on Health & Safety in Sports (ACHSS), Amsterdam). OLVG, afd. Neurologie, Amsterdam: prof.dr. P. Portegies, neuroloog. LUMC, afd. Reumatologie, Leiden: dr. D. van der Woude, reumatoloog.

Contact W.J. Willems (w.j.willems@xs4all.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: er zijn mogelijke belangen gemeld bij dit artikel. ICMJE-formulieren met de belangenverklaring van de auteurs zijn online beschikbaar bij dit artikel.

Verantwoording

Joup Maeijer, audiovisuele dienst OLVG, maakte illustraties voor een eerdere versie van het manuscript.

Auteur Belangenverstrengeling
W. Jaap Willems ICMJE-formulier
Ramon P.G. Ottenheijm ICMJE-formulier
Babette M. Pluim ICMJE-formulier
Peter Portegies ICMJE-formulier
Diane van der Woude ICMJE-formulier
Dit artikel is gepubliceerd in het dossier
Nascholing
Huisartsgeneeskunde
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties