Psychische en sociale problemen in de huisartspraktijk: een kwestie van competentie en autonomie bij artsen en patiënten

Opinie
H. Lamberts
I.M. Hofmans-Okkes
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1994;138:118-22

Zie ook de artikelen op bl. 123 en 130.

Psychiatrie en huisartsgeneeskunde

De psychiatrische literatuur van de afgelopen 25 jaar over de mate waarin huisartsen psychische stoornissen herkennen, zou licht de indruk wekken dat het op dit punt maar tobben blijft. Telkens opnieuw worden bij patiënten in de wachtkamer op grond van vragenlijstonderzoek allerlei psychische stoornissen vastgesteld die de huisarts vervolgens niet blijkt te herkennen. Ondanks aanhoudende pogingen de huisarts op zijn falen te wijzen, zou er geen sprake van verbetering zijn.1-4

Een dergelijke verbetering is echter ook nauwelijks te verwachten. Er is hier namelijk van meet af aan sprake geweest van een misverstand over de inhoud van de huisartsgeneeskunde en over de verantwoordelijkheden van huisarts, psychiater en patiënt. In 1966 werd de aanval ingezet door Shepherd et al.,4 en sindsdien is de toonzetting nauwelijks veranderd. Een goede illustratie is het veel geciteerde onderzoek waarin Goldberg zijn…

Auteursinformatie

Universiteit van Amsterdam, vakgroep Huisartsgeneeskunde, Meibergdreef 15, 1105 AZ Amsterdam.

Prof.dr.H.Lamberts, huisarts; mw.dr.I.M.Hofmans-Okkes, taalkundige, coördinator afd. Onderzoek.

Contact prof.dr.H.Lamberts

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties