Overleving en klachten na percutane aortaklepvervanging

Onderzoek
Amber M. Otten
Rutger J. Nuis
Ron T. van Domburg
Peter J. Koudstaal
Nicolo Piazza
Robert Jan van Geuns
Arie Pieter Kappetein
Ad J.J.C. Bogers
Patrick W. Serruys
Peter P.T. de Jaegere
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2010;154:A529
Abstract

Samenvatting

Doel

Het beschrijven van de kenmerken van patiënten met een aortaklepstenose en een hoog operatierisico, die in aanmerking komen voor percutane aortaklepvervanging (PAVR) en het nagaan van het effect van deze behandeling op de overleving en op het optreden van complicaties.

Opzet

Prospectief observationeel in één centrum.

Methode

Patiënten met aortaklepstenose en een hoog operatierisico werden gezien tijdens een speciaal spreekuur. Daarna besliste een hartteam of zij in aanmerking kwamen voor PAVR of voor chirurgische aortaklepvervanging (AVR). De onderzoekers registreerden overlijden en complicaties gedurende 30 dagen na PAVR. De studieperiode was september 2005-januari 2009. Met de EuroSCORE werden de kenmerken van de patiënten samengevat, met de kaplan-meiermethode de overleving en met de classificatie van de New York Heart Association (NYHA) de subjectieve toestand.

Resultaten

In de studieperiode werden 166 patiënten verwezen voor PAVR waarvan 91 (55%) daadwerkelijk PAVR ondergingen, 16 (10%) chirurgische klepvervanging (AVR), 39 (23%) werden afgewezen voor AVR/PAVR en 20 patiënten (12%) zagen af van een ingreep. De gemiddelde EuroSCORE (SD) bedroeg bij PAVR 17% (8), bij AVR 12% (7), bij de patiënten die ongeschikt waren voor de ingreep 19% (12) en bij degenen die de ingreep weigerden 25% (14). De mortaliteit en de kans op beroerte 30 dagen na PAVR bedroegen respectievelijk 12 en 13%. De overleving 1 jaar na PAVR was 73%. Dit ging gepaard met een aanzienlijke verbetering van de functionele klasse: 15% van de patiënten had NYHA klasse ≤ 2 vóór PAVR en 72% erna.

Conclusie

PAVR ging gepaard met een aanzienlijk risico op overlijden en beroerte. De subjectieve toestand van de patiënten gaf na PAVR wel een beduidende verbetering te zien. Zolang er geen gerandomiseerd onderzoek beschikbaar is, zijn de auteurs van mening dat PAVR beperkt dient te blijven tot patiënten die niet in aanmerking komen voor chirurgische aortaklepvervanging.

Auteursinformatie

Erasmus Medisch Centrum Rotterdam, Rotterdam.

Afd. Cardiologie, Thoraxcentrum: drs. A.M. Otten MSc en drs. R.J. Nuis MSc, artsen-onderzoekers, dr. R.T. van Domburg, epidemioloog, drs. N. Piazza, dr. R.J. van Geuns, dr. P.W. Serruys en dr. P.P.T. de Jaegere, cardiologen.

Afd. CardioThoracale Chirurgie, Thoraxcentrum: dr.A.P. Kappetein en dr. A.J.J.C. Bogers, cardiothoracaal chirurgen.

Afd. Neurologie: dr. P. J. Koudstaal, neuroloog.

Contact dr.P.P.T. de Jaegere (p.dejaegere@erasmusmc.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.
Aanvaard op 21 oktober 2009

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties