Opbrengst prostaatkankerscreening zeer laag

The 13-year results of the European Randomised Study of Screening for Prostate Cancer (ERSPC) have recently been published. Authors presented a 'substantial' reduction in prostate cancer-specific mortality of 20%. However, absolute risk reduction is very small (0.11 per 1000 person years) and no effect was shown on all-cause mortality. Additionally, the number of unnecessary prostate cancer diagnoses and the number of diagnostic procedures for this small effect are considerable. We believe that the discussion on the introduction of a population-based screening programme for prostate cancer could be at an end. Prostate cancer detection should be limited to men with signs or symptoms of the disease. Prostate-specific antigen (PSA) testing in non-symptomatic men should be a patient's personal decision, after weighing the pros and cons of any subsequent procedures.

Conflict of interest and financial support: ICMJE forms provided by the authors are available online along with the full text of this article.

Recent werd een update van de 'European randomised study of screening for prostate cancer' (ERSPC) gepubliceerd die – volgens de auteurs – bevestigt dat het testen op prostaatspecifiek antigeen (PSA) de prostaatkanker-specifieke sterfte substantieel verlaagt. Screening op prostaatkanker levert na 13 jaar substantieel meer op dan na 9 en 11 jaar. Op voorwaarde dat de nadelen worden teruggedrongen houden de auteurs de deur naar de invoering van screening van de algemene populatie open. Wat ons betreft kan die deur echter nu wel dicht.

Substantieel effect

Met 'substantieel effect' doelen de auteurs van de ERSPC-update op de 20% verlaging van de kans om te overlijden aan prostaatkanker.1 Om bij 1 man prostaatkankersterfte te voorkomen zouden 781 mannen moeten worden gescreend en bij 27 mannen de diagnose 'prostaatkanker' worden gesteld. Deze getallen zijn zeker lager dan de eerdere ramingen (respectievelijk 1410 en 48) op basis van een kortere follow-upduur.2 Bij…