Minimaal invasieve obductie

Today, the postmortem is primarily used to evaluate the quality of the care delivered. It is therefore a cause for concern that over past decades the number of postmortems that have been carried out has been declining. One of the reasons for this is the increased attention being paid to the physical integrity of the deceased by physicians and next of kin. However, a large number of studies show that 10-25% of post-mortems reveal a discrepancy between the clinical findings and the results of the postmortem. Postmortem radiological investigations make a minimally-invasive postmortem possible. In a number of cases, the diagnostic value of postmortem radiological investigation approaches that of the postmortem. Various studies show that postmortem radiological investigation has additional value, however, it also entails higher costs and logistical problems. The question is to what extent the Dutch healthcare system is prepared to go to implement this new development?

Conflict of interest and financial support: none declared.

Onlangs evalueerden Nederlandse onderzoekers de diagnostische waarde en de directe kosten van postmortaal radiologisch onderzoek. Heeft de minimaal invasieve obductie zijn meerwaarde voldoende bewezen? Wegen de voordelen ervan op tegen de hogere kosten? Wat is er voor nodig om deze nieuwe ontwikkeling in ziekenhuizen te implementeren?

De obductie wordt vandaag de dag vooral gebruikt om de kwaliteit van zorg te borgen: een laatste kans om de geleverde zorg te evalueren.1 Het is dan ook zorgelijk dat in de afgelopen decennia steeds minder obducties worden verricht.2 De redenen voor deze dalende trend zijn onder andere het grote vertrouwen in het medisch handelen onder clinici, meer nadruk op lichamelijke integriteit bij artsen en nabestaanden, en de kosten, terwijl de indicatie voor het verrichten van een obductie hetzelfde is gebleven.

De waarde van conventionele obductie

Een groot aantal studies laat zien dat een discrepantie tussen de klinische bevindingen en de uitkomst van de obductie geen zeldzaamheid is. De percentages variëren van 10 tot ongeveer 25%, en daarbij betreft het serieuze discrepanties, dat wil zeggen: bevindingen van obductie die – wanneer zij tijdens het leven bekend waren geweest –ten minste de behandeling of zelfs de uitkomst voor de…