De feiten op een rij

Milieu-impact van inhalatoren in Nederland en wereldwijd

Een inhalator ligt in het gras.
Iris M. Wichers
Lowik I. Pieters
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2022;166:D6718
Abstract

Opwarming van de aarde leidt tot een slechtere luchtkwaliteit. Vooral patiënten met astma of COPD krijgen daar last van. Tegelijkertijd dragen zij zelf bij aan klimaatverandering, want iedere keer als zij een dosisaerosol gebruiken komen er broeikasgassen vrij. Hoe zit dat? En hoe kunnen we deze uitstoot verminderen?

Samenvatting

Bij het gebruik van dosisaerosolen komen fluorkoolwaterstoffen (HFK’s) vrij. De uitstoot van deze broeikasgassen draagt bij aan klimaatverandering. Het lijkt misschien tegenstrijdig, maar deze HFK’s bezorgen patiënten met astma of COPD indirect gezondheidsschade, doordat klimaatverandering leidt tot meer zomersmog en een hogere blootstelling aan pollen. Europese regelgeving is hard nodig om te zorgen dat alleen nog dosisaerosolen met klimaatvriendelijkere HFK’s worden geproduceerd (lager aardopwarmingsvermogen). Ondertussen kan de uitstoot van broeikasgassen substantieel worden verlaagd door minder vaak dosisaerosolen voor te schrijven. Als een zorgverlener met 20 patiënten die dagelijks inhalatiemedicatie gebruiken kiest voor een groener alternatief, scheelt dat op jaarbasis een uitstoot van 1800 CO2-equivalent. Dat is een even grote uitstootreductie als die jaarlijks wordt behaald door een brandstofauto in te ruilen voor een elektrische auto.

Auteursinformatie

Nederlands Huisartsen Genootschap, afd. Richtlijnen, Utrecht: dr. I.M. Wichers, huisarts. RIVM, Centrum Duurzaamheid, Milieu en Gezondheid, afd. Milieueffecten en Ecosystemen, Bilthoven: L.I. Pieters MSc, industrieel ecoloog.

Contact I.M. Wichers (i.wichers@nhg.org)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: er zijn mogelijke belangen gemeld bij dit artikel. ICMJE-formulieren met de belangenverklaring van de auteurs zijn online beschikbaar bij dit artikel.

Verantwoording

De volgende personen gaven waardevol commentaar op een eerdere versie van dit manuscript: Monique Verduijn, NHG; Michelle Steenmeijer, RIVM; Pieter ten Have, Zorginstituut Nederland; dr. Michiel Zijp, prof. Guus Velders, dr. Theo Traas, dr. Bastiaan Venhuis en dr. Susanne Waaijers-van der Loop, RIVM.

Auteur Belangenverstrengeling
Iris M. Wichers ICMJE-formulier
Lowik I. Pieters Niet beschikbaar
Dit artikel is gepubliceerd in het dossier
Huisartsgeneeskunde
Farmacotherapie
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Margarita
Vossen

Het is mij wel duidelijk dat we door ons voorschrijfgedrag  aan te passen een grote impact kunnen maken. Wordt het dan niet ook tijd dat zorgverzekeraars hun preferentiebeleid  aanpassen? Zo kan de poerderinhalator in het lokale formularium een prominentere plaats krijgen, zodat het  huisartsen (en longartsen) makkelijker wordt gemaakt hun voorschrijf gedrag te veranderen. 

Margarita Vossen, aios Huisartsgeneeskunde, LOVAH Duurzaamheid