Medisch handelen bij het begin van leven; enkele juridische kanttekeningen

Perspectief
H.D.C. Roscam Abbing
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1988;132:1540-4

Inleiding

In de geneeskunde verschuiven de grenzen steeds meer. Zo kan door intensivering en uitbreiding van perinatale zorg leven in stand worden gehouden waar dit voor kort niet mogelijk was. De grens van levensvatbaarheid wordt momenteel al wel gesteld bij ongeveer 24 weken zwangerschapsduur of 750 gram geboortegewicht, doch deze is geenszins absoluut. Technologische ontwikkelingen kunnen een zekere neiging tot overbehandeling in de neonatologie bevorderen. Daartegenover staan toenemende mogelijkheden om de geboorte van een geestelijk gehandicapt kind, of een kind met ernstige lichamelijke afwijkingen en gebreken te voorkomen. Eigenlijk zijn de strategieën van verschillende specialismen onderling strijdig. Hoe effectiever de preventie van afwijkingen van de ongeborene wordt, des te meer zal de behandeling na geboorte een ‘therapeutisch-experimenteel’ karakter krijgen.

De toegenomen medische en medisch-technische kennis om te kunnen ingrijpen vóór en vlak na de geboorte brengt ook juridische problemen met zich mee. Zo rijst bijvoorbeeld de vraag naar beslissingsbevoegdheden inzake…

Auteursinformatie

Rijksuniversiteit Limburg, Vakgroep Gezondheidsrecht, Postbus 616, 6200 MD Maastricht.

Prof.mr.H.D.C.Roscam Abbing.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties