Kniedistractie: een oplossing voor jonge patiënten met knieartrose?

Opinie
Tom M. Piscaer
Olav P. van der Jagt
Taco Gosens
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2016;160:D899
Abstract

In het tijdschrift Plos One verscheen in mei 2016 een artikel waarin een relatief nieuwe techniek voor de behandeling van gonartrose, kniedistractie, wordt vergeleken met de totale knieprothese. De auteurs voerden zowel een klinische als een economische vergelijkingsanalyse uit.1 In dit artikel staan wij stil bij de techniek van kniedistractie en plaatsen wij kanttekeningen bij het onderzoek.

Huidige en alternatieve behandeling

Momenteel is een totale knieprothese de gouden standaard voor de behandeling van patiënten met gegeneraliseerde knieartrose in het eindstadium. De knieprothese heeft naast voordelen echter ook nadelen. Momenteel gaat een knieprothese ongeveer 15 jaar mee. Deze termijn is onder andere afhankelijk van de mate van activiteit van de patiënt. Hierdoor is de levensduur van een totale knieprothese bij een relatief jonge en actieve populatie – personen jonger dan 55 jaar – vaak korter.1

De uitkomsten na revisie van de knieprothese zijn slechter dan die na een primaire…

Auteursinformatie

St. Antonius ziekenhuis, afd. Orthopedie, Nieuwegein/Leidsche Rijn.

Dr. T.M. Piscaer, orthopedisch chirurg.

Elisabeth-Tweesteden Ziekenhuis, afd. Orthopedie, Tilburg/Waalwijk.

Dr. O.P van der Jagt en dr. T. Gosens, orthopedisch chirurg.

Contact dr. T. Gosens (t.gosens@elisabeth.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: geen gemeld.

Auteur Belangenverstrengeling
Tom M. Piscaer ICMJE-formulier
Olav P. van der Jagt ICMJE-formulier
Taco Gosens ICMJE-formulier
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Het is goed, dat een biologisch onverantwoorde techniek voor de steeds vaker en vroeger voorkomende knieartrose zeer kritisch wordt bekeken. Het steeds vroeger en vaker voorkomen van artrose aan heup en knie moet vanuit de kennis van de biomechanica geweten worden aan het niet goed uitgelijnd  zijn van het gehele steun-en bewegingsapparaat. Een niet goed ontwikkelende houding tijdens de groeifase zorgt voor abnormale posities van het zware hoofd en zo oplopende spanningen in het spierfasciesysteem (thightness) waardoor de belastingslijnen in onderrug en beengewrichten voor onnatuurlijke krachten op kraakbeen zorgen ( shearforces). Bij een in de jeugd ontstane onnatuurlijke uitlijning zal ons kraakbeen dus eerder "slijten". De distractiemethode heeft haar kracht en biologische onderbouwing bij botdefecten laten zien, maar zal bij gewrichtsproblemen veel meer complicaties laten zien, die we gezonde mensen niet graag aandoen. Alignementverbetering is een veiliger optie. De schrijvers van dit commentaar wijzen terecht op de nietinvasieve mogelijkheden, voor je het mes pakt. Het primair richten op houdingsverbetering om de shearforces kwijt te raken wordt echter niet genoemd. Ook de enorme preventieslag, die in de groeifase te maken valt ( oorsprong orthopedie) blijft helaas onvermeld. De incidentiestijgingen van alle op malalignment en verhoogde spierspanning berustende aandoeningen vragen daar wel om.