Kleine kwalen in de huisartsgeneeskunde; hetpterygium van de conjunctiva

Klinische praktijk
H. Reenalda
J.D. Mulder
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1989;133:1683-5

Inleiding

Het pterygium (Grieks: ????? = vleugel) is een oogheelkundige afwijking van degeneratieve aard, waarbij de conjunctiva als een driehoekige, gevasculariseerde plooi over de cornea groeit. Het conjunctivale weefsel groeit in de meest oppervlakkige lagen van de cornea, zodat het pterygium hiermee hecht verbonden is. Het pterygium bevindt zich altijd in de horizontale mediaan, zodat uitbreiding plaatsvindt in de richting van de nasale, of temporale zijde van de cornea (figuur).

In Nederland vonden in de jaren 1982 tot en met 1986 gemiddeld 284 ziekenhuisopnamen per jaar plaats wegens pterygium (Stichting Informatiecentrum voor de Gezondheidszorg). Exacte gegevens over incidentie en prevalentie in ons land zijn echter niet bekend, want de aandoening wordt bij epidemiologische onderzoekingen in de huisartspraktijk ingedeeld bij ‘overige oogheelkundige afwijkingen’.

Uit een enquête naar epidemiologie en beleid bij het pterygium, die wij hielden onder 40 huisartsen in de regio Leiden – Katwijk, en die een respons van…

Auteursinformatie

Rijksuniversiteit, Faculteit der Geneeskunde, Vakgroep Huisartsgeneeskunde, Postbus 9605, 2300 RC Leiden.

Mw.H.Reenalda; prof.dr.J.D.Mulder, huisarts.

Contact prof.dr.J.D.Mulder

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Rolde, augustus 1989,

In het artikel van Reenalda en Mulder wordt vermeld dat recidieven en complicaties na een operatie veelvuldig optreden, terwijl een pterygium overigens slechts een kleine en onbelangrijke aandoening is (1989;1683-5). Er zijn talrijke operatiemethoden beschreven, methoden waarvan is gebleken dat de meest ingewikkelde operaties de meeste complicaties en recidieven ten gevolge hebben, reden om te streven naar vereenvoudiging, waarbij tenslotte de zg. recessie de voorkeur kreeg. Hiermee wordt het pterygium losgemaakt van de cornea, waardoor het zich door zijn elasticiteit terugtrekt tot aan de limbus, of vaak nog iets verder. Er wordt met name niets geëxcideerd en niets gehecht. Tenslotte wordt terra-cortrilzalf in het oog gedaan en een verband ervoor, waarna de patiënt naar huis kan gaan. Na 2 of 3 dagen is de cornea reeds geheel geëpitheliseerd en is er aan de conjunctiva bulbi niets bijzonders meer te zien. Complicaties of recidieven heb ik na toepassing van deze kleine ingreep niet gezien.

B.S. Hylkema
R.J.W.
de Keizer

Leiden, september 1989,

Met belangstelling hebben wij de ingezonden brief van collega Hylkema gelezen.

In het proefschrift van Hilgers wordt reeds aangegeven dat zeer veel methoden zijn ontwikkeld om een pterygium te behandelen en een recidief te voorkomen. Vele varianten van de basismethoden als transpositie en excisie zijn reeds sedert de tweede helft van de negentiende eeuw beschreven. Helaas blijkt geen van de methoden 100% resultaat te geven. Steeds blijken bij nauwkeurige analyse meer recidieven op te treden dan bij een klinische indruk was verwacht.1-3 De interpretatie van een recidief, de beoordeling of er al dan niet een operatie nodig is, en de observatieduur die minimaal een halfjaar dient te bedragen, spelen daarin een belangrijke rol.

Men dient inderdaad de meest eenvoudige methode te kiezen; bij de toegepaste methode dient echter ook na 2-3 jaar geen recidief op te treden. De door Hylkema toegepaste transpositiemethode is door Mendoza in 1931 beschreven, maar geeft ook een groot aantal recidieven.1

R.J.W. de Keizer
H. Reenalda
J.D. Mulder Dzn
Literatuur
  1. Hilgers JHC. Pterygium on the island Aruba. Amsterdam, 1959. Proefschrift.

  2. Keizer RJW de. Pterygium excision with or without postoperative irradiation: a double blind study. Doc Ophthalmol 1982; 52: 309-15.

  3. Keizer RJW de. Swart-van den Berg M, Baartse WJ. Results of pterygium excision with SR 90 irradiation, lamellar keratoplasty and conjunctival flaps. Doc Ophthalmol 1987; 67: 33-44.

Paramaribo/Suriname, november 1989,

In het artikel van Reenalda en Mulder staat dat het pterygium het eerst beschreven werd door Susruta, een Egyptische arts (1989;1683-5). Deze uitzonderlijk grote medicus was echter geen Egyptische arts, maar een chirurg in het Oude India. Hij heeft als eerste op de wereld uitgebreide, geschreven berichten over de geneeskunde(kunst) en vooral over de chirurgie achtergelaten. Het werk van Susruta (de Susruta Samhita) zou in ca. 900 v.Chr. zijn geschreven.12

H.M. Adhin
Literatuur
  1. Zeis Index. Editorial note. 1976; 1.

  2. Adhin HM. 21 jaar algemene en plastische chirurgie in Suriname. (Ervaringen, notities en schetsen) met wetenswaardigheden over o.a. de medische historie. Paramaribo: MAHARAS, 1988.