Het chronische-vermoeidheidsyndroom bij jongeren

Klinische praktijk
L.W.A.M. de Jong
J.B. Prins
Th.J.W. Fiselier
C.M.R. Weemaes
E.M.M. Meijer-van den Bergh
G. Bleijenberg
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1997;141:1513-6
Abstract

Samenvatting

– De prevalentie van chronische-vermoeidheidsyndroom (CVS) bij jongeren (tieners) bedraagt circa 10-20 per 100.000 inwoners. Het natuurlijke beloop is volgens de literatuur niet zo gunstig.

– Voorgesteld wordt voor de diagnose ‘CVS’ bij jongeren (10-18 jaar) als inclusiecriteria te hanteren: de afwezigheid van een somatische verklaring voor de klachten, een klachtenduur van minstens 6 maanden, en een ernstige vorm van schoolverzuim dan wel ernstige beperkingen in sociale en motorische activiteiten; en als exclusiecriterium: een psychiatrische aandoening.

– Somatische attributies, ziektebevestigende cognities en gedragingen van ouders alsmede lichamelijke inactiviteit zijn factoren die de klachten instandhouden.

– De rol van de arts en de ouders kan versterkend werken.

– Essentieel in de behandeling zijn het verminderen van lichamelijke attributies, het door ouders laten bekrachtigen van gezond gedrag, het geleidelijk opvoeren van lichamelijke activiteit en het verminderen van aandacht (ook medische) voor de lichamelijke klachten.

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen.

Afd. Medische Psychologie: mw.drs.L.W.A.M.de Jong en mw.drs.

E.M.M.Meijer-van den Bergh, psychologen; mw.drs.J.B.Prins en dr.G.

Bleijenberg, klinisch psychologen.

Academisch Kindercentrum: dr.Th.J.W.Fiselier, kinderreumatoloog; mw.dr.C.M.R.Weemaes, kinderimmunoloog.

Contact mw.drs.L.W.A.M.de Jong

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties