Fièvre boutonneuse opgelopen in Nederland: een reizende hond als bron van Rickettsia conorii

Klinische praktijk
Th.A. Ruys
M. Schrijver
R. Ligthelm
J.W. van 't Wout
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1994;138:2592-4
Abstract

Samenvatting

Bij 3 patiënten, vrouwen van 27, 26 en 36 jaar, werd op grond van koorts, exantheem (tache noire), hoofdpijn en myalgie gedacht aan fièvre boutonneuse, hoewel zij niet kort daarvoor een endemisch gebied hadden bezocht. Serologische uitslagen bevestigden het vermoeden. Behandeling met doxycycline was effectief. De aanwijzingen waren sterk dat de infectie met Rickettsia conorii was overgedragen via honden die in mediterrane streken hadden verbleven en vandaar teken hadden meegebracht.

Auteursinformatie

Bronovo Ziekenhuis, afd. Interne Geneeskunde, Bronovolaan 5, 2597 AX Den Haag.

Th.A.Ruys, assistent-geneeskundige; dr.M.Schrijver en dr.J.W.van 't Wout (tevens: Academisch Ziekenhuis, afd. Infectieziekten, Leiden), internisten.

Havenziekenhuis, afd. Interne Geneeskunde, Rotterdam.

R.Ligthelm, internist.

Contact dr.J.W.van 't Wout

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties