Ervaringen van vrouwen die besloten de zwangerschap uit te dragen na de diagnose 'Down-syndroom'

Onderzoek
Tj. Tijmstra
G.J.M. Bosboom
K. Bouman
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2000;144:2104-7
Abstract

Samenvatting

Doel

Verkrijgen van inzicht in de motieven en ervaringen van vrouwen die besloten de zwangerschap uit te dragen nadat de diagnose ‘Down-syndroom’ bij de foetus was gesteld.

Opzet

Diepte-interviews.

Methode

Bij 10 vrouwen die hadden besloten de zwangerschap uit te dragen nadat de diagnose ‘Down-syndroom’ bij de foetus was gesteld, werden kwalitatieve diepte-interviews gehouden. Vier vrouwen waren ten tijde van het interview nog zwanger, de andere 6 waren al ouder van een kind met Down-syndroom. Bij één van de zwangere vrouwen betrof het de eerste zwangerschap, de 9 anderen waren al één of meerdere keren zwanger geweest. Vier vrouwen hadden een belaste voorgeschiedenis (subfertiliteit, miskramen, in-vitrofertilisatie).

Resultaten

Veel zwangeren waren door een serumbepaling of echoscopische nekplooimeting met een risicoverhoging geconfronteerd. Met de vruchtwaterpunctie of vlokkentest hoopten zij van de ontstane onzekerheid af te komen. De uitslag van deze diagnostiek bracht de betrokkenen in een moeilijke beslissituatie. Zij moesten een keuze maken tussen het moeten opvoeden van een kind met verstandelijke beperkingen en het laten afbreken van een reeds vergevorderde zwangerschap. Voor de 10 respondenten bleek het laatste veelal onaanvaardbaar. Sommige hulpverleners reageerden in eerste instantie weinig begripvol op de beslissing van de ouders; doorgaans werd echter voldoende hulp en begeleiding gegeven. De respondenten kregen veel steun van familieleden, vrienden en kennissen, maar er kwamen ook negatieve en afkeurende reacties voor. Met uitzondering van 1 vrouw hadden de respondenten er geen spijt van dat zij het onderzoek hadden laten verrichten.

Conclusie

Naarmate de mogelijkheid van ‘risico-individualiserende’ diagnostiek tijdens de zwangerschap toeneemt, zal het ook vaker voorkomen dat vrouwen aarzelingen hebben om hun zwangerschap af te breken nadat bij diagnostisch onderzoek de diagnose ‘Down-syndroom’ is gesteld. Welke beslissing betrokkenen ook nemen, zij dienen begripvol te worden benaderd.

Auteursinformatie

Rijksuniversiteit, Faculteit der Medische Wetenschappen, Antonius Deusinglaan 1, 9713 AV Groningen.

Disciplinegroep Gezondheidswetenschappen/Noordelijk Centrum voor Gezondheidsvraagstukken: dr.Tj.Tijmstra en mw.drs.G.J.M.Bosboom, medisch sociologen.

Disciplinegroep Medische Genetica: mw.K.Bouman, klinisch geneticus.

Contact dr.Tj.Tijmstra

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties