Er zijn raciale verschillen in de uitkomst van levertransplantatie, maar de oorzaak is onduidelijk

Nieuws
S. de Rave
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2002;146:963-4
Download PDF

artikel

Het aantal levertransplantaties in de VS neemt toe, ook bij leden van minderheidsgroepen. Bij niertransplantaties blijkt dat met name laat transplantaatfalen vaker voorkomt bij Afro-Amerikanen. Mogelijke verklaringen zijn hogere frequenties van late acute afstoting en van chronische afstoting, lagere socio-economische status en mindere therapietrouw. Om de vraag te beantwoorden of ook de uitkomsten van levertransplantatie anders zijn bij minderheden dan bij blanke Amerikanen zijn nu de gegevens betreffende 16.669 eerste levertransplantaties tussen 1988 en 1996 uit het UNOS-bestand onderzocht.1 Daarvoor werd de invloed van etnische achtergrond en van andere factoren op de 2-jaarstransplantaat- en patiëntoverleving berekend.

Univariate tests laten zien dat, vergeleken met blanken, ontvangers van Afrikaanse afkomst een mindere 2-jaarsoverleving hadden in de ziektecategorieën hepatitis C, acuut leverfalen en cryptogene cirrose. Er was al een verschil zichtbaar op 30 dagen na transplantatie (sterfte voor alle leverziekten samen 6 versus 9) en dit verschil groeide daarna verder (17 versus 26 na 2 jaar). Voor Aziaten met hepatitis B en voor ‘hispanics’ met auto-immuunhepatitis was de 2-jaarsoverleving eveneens minder dan voor blanken. Het bleek niet mogelijk specifieke doodsoorzaken aan te wijzen die deze verschillen veroorzaken. In een multivariate analyse bleek de 2-jaarspatiëntoverleving te worden voorspeld door donorleeftijd en een aantal ontvangerkenmerken: ras, leeftijd, nierfunctie, UNOS-status en leverziekte. Een multivariate analyse met de 2-jaarstransplantaatoverleving als eindpunt leverde vergelijkbare uitkomsten op.

De auteurs concluderen dat ook na levertransplantatie ras een onafhankelijke voorspeller is van de overleving. Zij verklaren de vroege verschillen door een groter aantal hoogrisicopatiënten onder ontvangers van Afrikaanse afkomst en de late verschillen door het vaker vóórkomen van chronische afstotingen. Er is een redelijke overeenkomst van de resultaten van deze studie met de overigens niet aangehaalde gegevens uit de analyse van de European Liver Transplant Registry.2 Wat niet duidelijk wordt, is welke interacties er zijn tussen ras en leverziekte. Beperkt het effect zich inderdaad tot patiënten met auto-immuunhepatitis, hepatitis B, hepatitis C, acuut leverfalen en cryptogene cirrose? En, zo ja, hoe moet dit worden verklaard? Het laatste woord hierover is nog niet gesproken.

Literatuur
  1. Nair S, Eustace J, Thuluvath PJ. Effect of race onoutcome of orthotopic liver transplantation: a cohort study. Lancet2002;359:287-93.

  2. Adam R, Cailliez V, Majno P, Karam V, McMaster P, CalneRY, et al. Normalised intrinsic mortality risk in liver transplantation:European Liver Transplant Registry study. Lancet2000;356:621-7.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties