De ongemakkelijke band tussen mens en dier

Opinie
Hoofdredactie
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2010;154:B588

artikel

Het knaagt en schuurt. De symbiose waarin we met onze omgeving leefden, is allang verdwenen. We leven in een land met meer varkens dan mensen en de gevolgen van deze overbevolking hebben we gezien. Hoewel de varkenspestepidemie met collectieve slachtingen niet ver achter ons ligt, is die epidemie al weer ver weggezakt in ons collectieve geheugen. De gevolgen voor de mens waren immers louter van economische aard en troffen een zeer beperkte groep, die van de varkenshouders. Wij worden niet ziek van varkenspest.

Hoe anders is dat met Q-koorts. Daar worden we wel ziek van. En ook bij deze zoönose is er de afgelopen maanden massaal geruimd. Zo’n 10 jaar geleden was een Q-koortspatiënt in ons land een curiositeit. Nu niet meer, Nederland is de laatste 3 jaar wereldkampioen Q-koorts. De vertienvoudiging van de geitenpopulatie heeft hier zeker toe bijgedragen. Volgens de qkoorts-twitter waren er in 2009 bijna 2300 nieuwe besmettingen en zijn in 2010 tot nu toe 243 mensen ziek geworden van de Q-koorts. En als we wereldwijd koploper zijn, dan is het niet verbazingwekkend dat we wel beter zijn geworden in het herkennen van het probleem (bl. 1188). Artsen zijn gespitst op de diagnose en stellen Q-koorts sneller vast. Huisartsen in de regio’s waar Q-koorts het vaakst voorkomt, geven vroeg antibiotica, al bij de verdenking op Q-koorts. Maar lopen we hier niet achter de feiten aan? Met antibiotica is het immers dweilen met de kraan open. Die open kraan is natuurlijk de intensieve veehouderij die wij in Nederland hebben laten ontstaan. Vandaag is het Q-koorts, maar morgen is het een andere zoönose. Zijn we hierop voorbereid? De ervaring met de Q-koortsepidemie geeft weinig hoop. Hoewel de epidemie haar oorsprong had in de eerste helft van 2007 is pas het laatste jaar actie ondernomen om de bron van het probleem aan te pakken. De ingewikkelde afweging tussen economie en gezondheid slaat niet altijd de kant op die artsen wensen. Bij een toenemende kans op het uit de hand lopen van ziekten die hun bron in de intensieve veehouderij hebben, gecombineerd met het afnemende aantal werkzame antibiotica, staan we straks echt met de rug tegen de muur. Een spaarzamer antibioticagebruik in de veehouderij is een stap, minder intensieve veehouderij een andere, en ook wij artsen hebben de verantwoordelijkheid die situatie te vermijden door spaarzamer antibiotica te gebruiken bij bijvoorbeeld simpele bovensteluchtweginfecties.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties