De behandeling van de open fractuur vóór Lister en de verzorging van de fatale beenbreuk van admiraal Michiel Adriaensz de Ruyter, 1676

Perspectief
J.N. Keeman
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2004;148:2607-15
Abstract

Samenvatting

Op 22 april 1676 kreeg admiraal De Ruyter een fatale open onderbeenfractuur rechts tijdens de zeeslag bij de Etna. De vlootarts, Jan Mannart, en de twee scheepschirurgijns verzorgden de wond met brandewijn en schreven rust voor, maar enkele dagen later ontstond een fatale wondkoorts. Voor de behandeling van open wonden was men in de tijd voordat Lister in 1876 voor het eerst melding maakte van de antiseptische behandelmethode, aangewezen op cauteriseren en behandelen met hete olie. En tot het midden van de 19e eeuw was amputatie van het verwonde lidmaat de meest voor de hand liggende oplossing. Waarom men geen amputatie bij De Ruyter toepaste, is onbekend. Overigens had die ingreep zijn kans op overleven waarschijnlijk slechts in beperkte mate vergroot.

Auteursinformatie

Sint Lucas Andreas Ziekenhuis, Postbus 9243, 1006 AE Amsterdam.

Contact Hr.dr.J.N.Keeman, chirurg n.p., directieadviseur (jnkeeman@xs4all.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties