Computertomografie na artrografie bij instabiliteit van het schoudergewricht

Klinische praktijk
J.A. van Oostayen
J.L. Bloem
W.R. Obermann
R.A. Niezen
A.M.J. Burgers
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1993;137:236-40

Over het verband tussen schouderluxatie en de daardoor veroorzaakte schade aan en blijvende instabiliteit van het schoudergewricht bestaat nog steeds verwarring. Vaak is er een samenhang met schade aan de weke delen, zoals het labrum glenoidale, de glenohumerale ligamenten en het kapsel, of is er samenhang met veranderingen in botdelen, zoals een Hill-Sachs-letsel (compressiefractuur van de humeruskop door de rand van het cavum glenoidale) of een glenoïdfractuur. Instabiliteit kan ook worden veroorzaakt door relatief kleine, herhaalde traumata, bijvoorbeeld door snelle bewegingen in de schouder bij werpsporten en bij zwemmen.1 Instabiliteit van het schoudergewricht manifesteert zich meestal door pijn en knappende geluiden. Computertomografie verricht in aansluiting aan conventionele artrografie, CT-artrografie, is in onze kliniek de methode van keuze om posttraumatische intra-articulaire afwijkingen in kaart te brengen.

Een door de patiënt zelf op te wekken instabiliteit van het schoudergewricht in verschillende richtingen zonder bekend trauma is zeldzaam, maar het stellen van…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, Rijnsburgerweg 10, 2333 AA Leiden.

Afd. Radiodiagnostiek: J.A.van Oostayen, dr.J.L.Bloem en dr.W.R.Obermann, radiodiagnosten; R.A.Niezen, assistent-geneeskundige.

Afd. Orthopedie: A.M.J.Burgers, orthopedisch chirurg.

Contact J.A.van Oostayen

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties