Chronische beademing van nu tot 1990

Klinische praktijk
J.M.C. Douze
A.C. Dullemond-Westland
R.G. van Kesteren
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1987;131:2299-300

Zie ook de artikelen op bl. 2283 en 2290.

Kort geleden verscheen in Medisch Contact een artikel van Bremers waarin de indruk werd gewekt dat verslag werd gedaan over chronische beademing anno 1987.1 Men veronderstelde dat sprake kon zijn van ‘dreigende wildgroei’. Een aantal problemen afkomstig uit de wereld van deskundigen werkzaam op het in ontwikkeling verkerende terrein van de chronische beademing, werd door Bremers beschreven. Hij vernam deze problemen tijdens interviews met afgevaardigden van enige beademingscentra. Op voortreffelijke wijze heeft hij zich van zijn taak gekweten. De door hem besproken ethische aspecten en de beademingsvormen dateren echter van 1985. Sedertdien zijn de vaak ogenschijnlijke tegenstellingen vervlakt en zijn de ethische normen meer uitgewerkt. Verschillende door hem gesignaleerde problemen zijn nu minder urgent geworden en zouden de medicus practicus dus in verwarring kunnen brengen. Daarom menen wij dat op deze plaats de lezer gepaste informatie moet krijgen.

Sedert…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, Centrum voor Thuisbeademing, Catharijnesingel 10, 3511 GV Utrecht.

Afd. Reanimatie en Klinische Toxicologie: prof.dr.J.M.C.Douze, mw.A.C.Dullemond-Westland en R.G.van Kesteren, internisten.

Contact prof.dr.J.M.C.Douze

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties