Zie ook het artikel op bl. 1930.
Ruim 95 van alle gevallen van hyperthyreoïdie wordt veroorzaakt door hyperactiviteit van een homogene schildklier of van een nodulaire schildklier. Mits de schildklier niet te groot is, kunnen beide vormen met succes met één dosis radioactief jodium worden behandeld, een enkele maal met meer dan één. Drie, hooguit zes maanden na de behandeling is er euthyreoïdie of hypothyreoïdie waarvoor substitutie met schildklierhormoon nodig is. Blijft de patiënt euthyreoïde, dan is jaarlijkse controle nodig om een beginnende hypothyreoïdie tijdig te ontdekken. De thyroid stimulating hormone(TSH)-bepaling is hiervoor de gevoeligste maatstaf. Van de andere vormen van hyperthyreoïdie wordt het vaakst een jood-Basedow gezien, meestal iatrogeen door toediening van röntgencontrastmiddelen of amiodaron. De frequentie van hyperthyreoïdie op basis van thyreoiditis, in het bijzonder na een bevalling, is laag, het ziektebeloop meestal mild. Hyperthyreoïdie door zelfmedicatie met schildklierhormoon wordt sporadisch gezien. Te verwaarlozen oorzaken van hyperthyreoïdie zijn…
Reacties