Agressief gedrag komt geregeld voor op psychiatrische afdelingen. Een recent overzichtsartikel van Nederlandse onderzoekers bracht dit in beeld. De onderzoekers keken onder andere naar risicofactoren voor zulk gedrag. Dat biedt aanknopingspunten voor preventie en een betere aanpak – niet alleen in de psychiatrie.
artikel
Agressief gedrag is een wijdverbreid fenomeen in de zorg. Een review van de Nederlandse onderzoeker Weltens bracht dit in beeld voor psychiatrische afdelingen;1 een beknopte weergave van deze review staat elders in het NTvG (D6487). Ook in andere sectoren van de zorg wordt melding gemaakt van agressief gedrag. Uit een recent onderzoek in opdracht van het ministerie van VWS wordt duidelijk dat 74% van de medewerkers in zorg en welzijn in het afgelopen jaar in aanraking is gekomen met agressie of ongewenst gedrag in het contact met patiënten of cliënten.2
Sectoren waar veel agressie wordt beschreven zijn, naast de psychiatrie, de zorg voor verstandelijk gehandicapten, de ambulancezorg en de jeugdzorg. Maar ook in de huisartsenpraktijken, de thuiszorg, de verpleeghuissector en ziekenhuizen wordt veel agressief gedrag van patiënten en cliënten gemeld. Het gaat niet alleen om agressief gedrag van patiënten en cliënten, ook van familieleden, vrienden of bezoekers van patiënten en cliënten wordt dit gemeld. Verbale agressie komt daarbij het meest voor.
Slechts een kleine groep medewerkers in zorg en welzijn doet aangifte van agressief gedrag. Een belangrijk deel van de medewerkers geeft aan dat de agressie in het afgelopen jaar naar hun mening is toegenomen als gevolg van de coronapandemie. Maatregelen als een mondkapjesplicht, langere wachttijden en allerlei voorzorgsmaatregelen hebben bijgedragen aan een toename van onbegrip, frustratie en irritatie.
Weltens en collega’s beschrijven in hun review risicofactoren voor agressief gedrag op een psychiatrische afdeling. Daarbij maken zij een onderverdeling naar patiëntfactoren, personeelsfactoren en factoren die samenhangen met de afdeling. Zij concluderen dat onderzoeken naar agressie met name gericht zijn op patiëntfactoren. Afgezien van behandeling van het onderliggend lijden bieden die echter beperkte mogelijkheden om agressie te voorkomen. Interventies die agressie voorkomen of de-escaleren worden in de systematische review niet beschreven. De reviewers adviseren wel om het onderzoek meer te richten op personeels- en afdelingsfactoren.2
Trainingen in het omgaan met agressie
Te vaak verwijzen zorgmedewerkers en -organisaties nog naar patiëntfactoren als het gaat om het voorkómen van agressie en escalatie hiervan. De reviewers pleiten ervoor juist aandacht te hebben voor personeelsfactoren. Zo zouden zorgmedewerkers meer gemotiveerd moeten worden om zich te trainen in het omgaan met agressief gedrag, en zorgorganisaties zouden meer ruimte en faciliteiten voor dergelijke trainingen moeten creëren. Een recente review naar interventies voor het de-escaleren van agressief gedrag concludeert dat zo’n training zorgverleners meer vertrouwen geeft en hun communicatievaardigheden vergroot, zeker als de training is opgenomen in een terugkerend scholingsprogramma.3 Daarmee wordt agressie niet per se voorkomen, maar wel sneller omgebogen.
Trainingen voor personeel in het omgaan met agressief gedrag beginnen doorgaans met het herkennen van de verschillende vormen van agressief gedrag en het inzetten van daarbij passende interventies. Als het gaat om verbaal agressief gedrag, wordt vaak een onderscheid gemaakt tussen frustratie-agressie en instrumentele of intimiderende agressie.
Interventies bij frustratie-agressie zijn erop gericht de frustratie van de patiënt of naaste om te buigen door een luisterend oor te bieden en begrip te tonen voor de ervaren frustraties. De patiënt voelt zich dan vaak serieus genomen, wat leidt tot de-escalatie. Bij instrumenteel of intimiderend agressief gedrag is het van belang om grenzen te stellen aan het gedrag. Begrip tonen voor dit gedrag kan leiden tot escalatie. Het herkennen van deze vormen van agressief gedrag en het gepast interveniëren vraagt soms een andere aanpak dan men van nature gewend is; dat vraagt dus om oefening. Die wordt in de trainingen geboden.
Fysiek agressief gedrag van patiënten en cliënten komt veel voor in de gehandicaptenzorg, psychiatrie en verpleeghuizen. In de ambulancezorg is vaker sprake van fysieke agressie door familie of vrienden.2 Fysiek agressief gedrag vraagt andere vaardigheden. De training is hierbij gericht op het herkennen van dreigend fysiek gevaar en verdedigingstechnieken. Deze vaardigheden zijn vaak niet van nature of op de juiste manier aanwezig bij zorgmedewerkers.
Organisatiegebonden maatregelen
Ten slotte mag niet onvermeld blijven dat ook zorgorganisaties de verantwoordelijkheid hebben om hun medewerkers een veilige werkplek te bieden en nazorg te verlenen na agressie-incidenten. Dat betekent een werkomgeving creëren waar de inrichting van de ruimtes rust en veiligheid biedt, waar tijdig ondersteuning gevraagd kan worden van collega’s, van de beveiliging of zelfs de politie, en waar afspraken zijn gemaakt over ondersteuning door het management bij agressie-incidenten. Een onderdeel hiervan is de ondersteuning van medewerkers bij het melden of aangifte doen van agressief gedrag, ook als het bijvoorbeeld gaat om – al dan niet seksuele – intimidatie, discriminatie of bedreiging.
In de nazorg na agressie-incidenten is het belangrijk dat er goede afspraken zijn gemaakt over intercollegiale opvang en ondersteuning door de bedrijfsleiding. Sommige organisaties hebben medewerkers geschoold om opvang te kunnen bieden na agressie-incidenten.
Conclusie
We kunnen stellen dat agressief gedrag niet alleen op de afdelingen psychiatrie voorkomt en dat er meer aandacht zou moeten zijn voor personeels- en afdelingsgebonden factoren. Als het gaat om de preventie van agressie jegens zorgpersoneel is er veel winst te halen door het personeel te trainen in vaardigheden in het omgaan met en de-escaleren van agressief gedrag (verbaal en fysiek). Daarnaast kan ook de zorgorganisatie bijdragen aan de veiligheid van zijn medewerkers. Er is waarschijnlijk meer te verwachten van een breder plan dat is gericht op personeelsfactoren en organisatiefactoren dan van maatregelen die uitsluitend gericht zijn op de patiënt of cliënt. Dit wordt nog eens bevestigd door een recente review over interventies voor het de-escaleren van agressief gedrag.3
Literatuur
- Weltens I, Bak M, Verhagen S, et al. Aggression on the psychiatric ward: prevalence and risk factors. A systematic review of the literature. PLoS One. 2021;16:e0258346. doi:10.1371/journal.pone.0258346. Medline
- Ipsos. Agressie en ongewenst gedrag op de werkvloer. Bijlage bij Kamerbrief stand van zaken COVID-19 (april 2021). Den Haag: Ministerie van VWS; 2021.
- Somani R, Muntaner C, Hillan E, et al. A systematic review: Effectiveness of interventions to de-escalate workplace violence against nurses in healthcare settings. Saf Health Work. 2021;12:289-95. Medline
Reacties