Enquête onder gynaecologen en chirurgen over rectocele

Onderzoek
Coen R.H. Huizinga
Charlotte B.H. Deen-Molenaar
Grietje J.H. vander Mijnsbrugge
C. Huub van der Vaart
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2014;158:A7242
Abstract

Samenvatting

Doel

Inzichtelijk maken hoe gynaecologen en chirurgen een rectocele noemen, diagnosticeren en behandelen en de verschillen daarin tussen beide beroepsgroepen opsporen.

Opzet

Vragenlijstonderzoek.

Methoden

Wij stuurden een online enquête met 16 meerkeuzevragen naar gynaecologen en chirurgen van 2 landelijke werkgroepen.

Resultaten

Er is geen consensus waarneembaar op het gebied van nomenclatuur, diagnostiek en behandeling. Gynaecologen en chirurgen kiezen elk voor hun eigen benadering.

Conclusie

Het is in het belang van de patiënt om een gezamenlijke richtlijn op te stellen; multidisciplinaire samenwerking is echter alleen mogelijk als gynaecologen en chirurgen dezelfde taal spreken.

Auteursinformatie

Leids Universitair Medisch Centrum, Leiden.

C.R.H. Huizinga BSc., student-onderzoeker.

Stichting Proctos Klinieken, Medisch centrum voor proctologische aandoeningen, Bilthoven.

Drs. C.B.H. Deen-Molenaar en drs. G.J.H. vander Mijnsbrugge, chirurgen.

UMC Utrecht, afdeling Voortplanting en Gynaecologie, Utrecht.

Prof.dr. C.H. van der Vaart; gynaecoloog (tevens: Bergman Clinics B.V., Naarden).

Contact C.R.H. Huizinga (c.r.h.huizinga@umail.leidenuniv.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: geen gemeld.

Auteur Belangenverstrengeling
Coen R.H. Huizinga ICMJE-formulier
Charlotte B.H. Deen-Molenaar ICMJE-formulier
Grietje J.H. vander Mijnsbrugge ICMJE-formulier
C. Huub van der Vaart ICMJE-formulier
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties